RIVM Publications Repository

On this website you will find articles and reports that are written by the Dutch National Institute for Public Health and the Environment (RIVM).

We are constantly working to improve the Repository. Please contact our administrator if you have any further questions or remarks.

Select a community to browse its collections.

RIVM official reports
Articles and other publications by RIVM employees
Datafeed Community
  • Species-dependent responses of crop plants to polystyrene microplastics

    Zantis, LJ; Rombach, A; Adamczyk, S; Velmala, SM; Vijver, MG; Peijnenburg, W (2023-10-11)
  • De bijdrage van Tata Steel Nederland aan de gezondheidsrisico's van omwonenden en de kwaliteit van hun leefomgeving

    Geelen, LMJ; Bogers, RP; Elberse, JE; Houthijs, D; Montforts, MHMM; Schuijff, M; Smetsers, RCGM; de Vries, A; Wesseling, J; Wijten, JHJ (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2023-09-28)
    Vanuit het terrein van Tata Steel Nederland (TSN) worden verschillende chemische stoffen uitgestoten. Het RIVM heeft uitgezocht in hoeverre de huidige uitstoot van verschillende van deze stoffen naar de lucht effect heeft op de gezondheid van omwonenden. Dit is gedaan door de effecten van meerdere stoffen en hinder door stof, geluid en stank in samenhang te bekijken. Het onderzoek bevestigt dat de uitstoot van het Tata Steel-terrein bijdraagt aan de hoeveelheid fijnstof, stikstofdioxide, PAK(Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen ) en metalen in de directe leefomgeving. Vooral de uitstoot van fijnstof, stikstofoxiden en de hinder door stof, stank en geluid vergroten de kans op gezondheidseffecten. Omwonenden hebben hierdoor een iets grotere kans op astma, longkanker en om eerder te overlijden. De kans op effecten is het grootst in Wijk en Zee en neemt af naarmate mensen verder weg wonen van het Tata Steel terrein. Naar verwachting leven bewoners van Wijk aan Zee gemiddeld 2,5 maand korter door de blootstelling aan fijnstof en stikstofdioxide uitgestoten vanaf het Tata Steel-terrein. Daarnaast leidt de uitstoot tot een grotere kans op longkanker. We hebben berekend dat ongeveer 4 procent van toekomstige gevallen van longkanker in Wijk aan Zee is toe te schrijven aan de huidige uitstoot van fijnstof van het TSN-terrein. De blootstelling aan stikstofdioxide vergroot de kans op astma bij kinderen. Ook hierbij is het effect het grootst in Wijk aan Zee: ongeveer 3 procent van toekomstige gevallen hangen met de huidige uitstoot samen. Een groot deel van de bewoners van de IJmond ervaart hinder door stof, stank en geluid afkomstig van bedrijven. In Wijk aan Zee loopt het percentage op tot 80 procent. Bewoners melden hierbij slaapverstoring. Ook maken zij zich zorgen over hun gezondheid door de nabijheid van het industrieterrein. Hinder kan gezondheidseffecten veroorzaken zoals stress en hart- en vaatziekten. De meeste winst voor de gezondheid is te bereiken door de uitstoot van stof, stank, geluid, fijnstof en stikstofoxiden te verminderen, zodat de blootstelling in de leefomgeving afneemt. Verder is er nog gezondheidswinst te halen door de uitstoot van PAK en lood te verminderen zodat ook deze stoffen minder in de leefomgeving terechtkomen. Om gezondheidsrisico’s te kunnen berekenen, heeft het RIVM de ‘keten’ van bron tot gezondheid bekeken. Hiervoor is onderzocht hoeveel chemische stoffen worden uitgestoten vanaf het terrein van Tata Steel, hoe deze zich via de lucht in de omgeving verspreiden en hoeveel ervan op de bodem terechtkomen. Daarna is gekeken wat dat betekent voor de kans op gezondheidseffecten onder omwonenden. De uitstoot van het terrein van Tata Steel draagt aanzienlijk bij aan de luchtvervuiling en de neerslag van lood en PAK in de omgeving. Deze komt voor omwonenden bovenop de blootstelling aan de stoffen van andere bronnen in Nederland, zoals scheepvaart, en uit het buitenland. Omwonenden van Tata Steel worden aan verschillende stoffen tegelijk blootgesteld, waardoor er kansen op uiteenlopende gezondheidseffecten kunnen ontstaan. Het RIVM vindt het belangrijk meer kennis over de mogelijke gevolgen van deze stapeling van risico’s te krijgen. Ook is meer inzicht nodig in de gevolgen van hinder voor de gezondheid. De resultaten van het onderzoek kunnen gebruikt worden om de gezondheid en de leefomgeving in de IJmond te verbeteren. De ketenaanpak (proof-of-concept) kan ook voor andere situaties worden gebruikt om gezondheidseffecten in een gebied in samenhang te bekijken.
  • Evaluatie Lekker naar buiten! Stimuleringsregeling Jong Leren Eten, rondes 2, 3 en 4, schooljaren 2019-2022

    Evenhuis, IJ; Koning, M; van Koperen, M (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2023-09-28)
    Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV(Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit)) wil kinderen en jongeren via het onderwijs vaker in aanraking brengen met gezonde en duurzame voeding. Het wil hen zo op een praktische manier leren gezonde en duurzame keuzes te maken. LNV heeft daarvoor de stimuleringsregeling Jong Leren Eten ‘Lekker naar buiten!’ opgezet. Sinds 2018 kunnen scholen uit het primair, speciaal, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs elk schooljaar hieraan deelnemen. Uit een evaluatie van het RIVM blijkt dat scholen veel belangstelling hebben voor de regeling en positief erover zijn. De belangrijkste reden om mee te doen, is dat de activiteiten aansluiten bij bestaande wensen van de scholen om aandacht aan dit onderwerp te besteden. De regeling maakt het mogelijk deze wensen uit te voeren, vooral als daarvoor nog niet genoeg geld is. Scholen konden activiteiten kiezen binnen drie categorieën: ‘moestuinieren’, ‘koken’ en ‘excursies en gastlessen’. Voor ‘moestuinieren’ en ‘koken’ was de belangstelling het grootst. Tijdens drie schooljaren hebben 2.273 scholen de bijdrage aangevraagd. 1.177 scholen hebben die ontvangen, omdat er een maximum bedrag voor de regeling was. Hiermee zijn 156.280 leerlingen en studenten bereikt. De meeste scholen deden de activiteiten samen met andere organisaties. Dat waren vooral organisaties en bedrijven uit de buurt, zoals centra van natuur- en milieueducatie (NME), boerderijen, restaurants of winkels. Gemiddeld 91 procent van de deelnemende scholen blijft na afloop van de regeling aandacht geven aan voeding. Per schoollocatie konden scholen maximaal 2.000 euro krijgen om de activiteiten uit te voeren. Gemiddeld hebben de schoollocaties per ronde 1.760 euro aangevraagd. Volgens de meeste scholen dekte deze bijdrage de kosten voor de activiteiten. Tijdens de geëvalueerde drie schooljaren heeft de stimuleringsregeling 2,3 miljoen euro gekost. Dit is vooral besteed aan de activiteiten. Een klein deel was nodig om de regeling te ontwikkelen en uit te voeren.
  • Hinder en slaapverstoring door trillingen van treinen. Resultaten van de Vervolgmeting "Wonen langs het spoor"

    E van Kempen (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2023-09-26)
    In 2021 had ongeveer 11 procent van de Nederlanders van 16 jaar en ouder die binnen 300 meter afstand van het spoor wonen, ernstige hinder van trillingen door treinen. Het gaat naar schatting om 126.500 mensen. Zij hebben last van irritatie, boosheid en onbehagen. ’s Nachts kunnen deze trillingen hun slaap ernstig verstoren (13 procent). Vooral de trillingen van goederentreinen veroorzaken hinder en slaapverstoring. Gebieden in de buurt van tunnels, spoorbruggen en sporen die naast elkaar liggen, zijn in deze schatting niet meegenomen. Dit blijkt uit een vragenlijstonderzoek onder ruim 5600 mensen. In het onderzoeksgebied wonen ongeveer ruim 1,1 miljoen mensen, verdeeld over ongeveer 533.000 woningen. Verder rapporteren mensen die aan hogere trillingsniveaus blootstaan of dichter bij het spoor wonen, vaker ernstige hinder door trillingen van goederentreinen. Dit verband tussen trillingsniveaus, afstand en ervaren hinder is veel minder duidelijk voor reizigerstreinen. Naast de trillingen hebben sociale en persoonlijke factoren invloed op de mate waarin mensen hinder ervaren of in hun slaap worden gestoord. Mensen zijn vooral bezorgd dat de waarde van de woning daalt door de trillingen of dat deze schade aan de woning veroorzaken. Hun beleving wordt ook beïnvloed als zij ramen, deuren of serviesgoed horen, voelen of zien trillen (“rattle”). Daarnaast is de mate waarin zij accepteren dat treinen trillingen veroorzaken van invloed, en welke verwachtingen zij voor de toekomst over de trillingen hebben. Het RIVM beveelt daarom aan bij toekomstig beleid over trillingen door treinen met sociale en persoonlijke factoren rekening te houden. Voor geluid van treinverkeer bestaat wetgeving, voor trillingen door treinen niet of nauwelijks. De resultaten van dit onderzoek geven hier input voor. Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW(Infrastructuur en Waterstaat)). Het is een vervolg op een onderzoek uit 2013 en bevestigt veel van de eerdere resultaten. Voor het nieuwe onderzoek is een model gebruikt dat beter de blootstelling aan trillingen kan inschatten.

View more