Prevalenties en consequenties van lage rugklachten in het MORGEN-project 1993-1995
Citations
Series / Report no.
Open Access
Type
Language
Date
Research Projects
Organizational Units
Journal Issue
Title
Translated Title
Published in
Abstract
This report presents the prevalences of low back problems among a random sample of the general population aged 20-59 living in three towns in different regions in the Netherlands (Amsterdam, Doetinchem and Maastricht). The description includes different characteristics of the low back problems, its consequences and the high risk groups. Almost half of the population reports low back problems during the last 12 months and chronic low back problems are reported by one-fifth. Low back problems form a considerable public health problem, not only because of the high prevalences but also because of the major consequences in terms of disabilities, use of health services and work absenteeism.
De prevalentie van lage rugklachten in de algemene bevolking is in kaart gebracht. Er wordt aandacht besteed aan de verschillende kenmerken van de klacht, aan de consequenties van lage rugklachten en aan de risicogroepen voor zowel de prevalenties als consequenties van lage rugklachten. De populatie betreft een voor leeftijd gestratificeerde aselecte steekproef van mannen en vrouwen in de leeftijd van 20-59 jaar uit Amsterdam, Doetinchem en Maastricht. De gegevens zijn verzameld in de jaren 1993-1995 en betreffen 13.927 personen. Na de selectievraag 'Heeft u de afgelopen 12 maanden last (pijn, ongemak) gehad onder in de rug?' is via een aanvullende vragenlijst uitgebreide informatie over kenmerken en consequenties van de rugklachten verzameld. Bijna de helft van de populatie (49%) rapporteert lage rugklachten, ruim eenvijfde zelfs klachten die langer dan drie maanden duren of vrijwel altijd aanwezig zijn. De consequenties van lage rugklachten zijn: verhindering van de normale bezigheden (28%), medische behandeling (42%), werkverzuim (23%), (gedeeltelijk) afgekeurd (8%) en verandering of aanpassing van werk (11%). Van de personen met lage rugklachten beoordeelt 11% de gezondheid matig tot slecht, tegenover 4,4% van degenen zonder lage rugklachten. Risicogroepen voor hoge prevalenties van lage rugklachten en de consequenties ervan zijn onder meer personen van middelbare leeftijd, personen met lage sociaal-economische status (op basis van opleiding) en huisvrouwen/-mannen. Het MORGEN-project levert de eerste uitgebreide gegevens over het voorkomen van lage rugklachten in de bevolking sinds de EPOZ-studie uit 1975-1978. Lage rugklachten vertegenwoordigen een groot volksgezondheidsprobleem, niet alleen in termen van de omvang van de prevalenties maar eveneens in termen van de omvang van de consequenties.