Niet-ioniserende straling in de gezondheidszorg en effecten op de volksgezondheid
Citations
Series / Report no.
Open Access
Type
Language
Date
Research Projects
Organizational Units
Journal Issue
Title
Translated Title
Published in
Abstract
This report presents an overview of the use of non-ionising radiation in health services and the effects on patients and on public health in general. It points out the controllable problems where (policy-)measures are possible. In health services the use of non-ionising radiation for therapeutic and diagnostic means increases. The controllable problems are in the field of UV-therapy, the use of RF in physiotherapy and ultrasound in prenatal diagnostics. Also in non-medical environments people can be exposed to non-ionising radiation. Protection against overexposure from UV radiation (both solar and from artificial sources) can effectively contribute to a significant reduction of the total dose. Also information and education about the negative effects can lead to adaptation of behaviour and a reduction of skin cancer incidence on the long term. Exposure to laser radiation (e.g. in disco's) can lead to eyedamage. Further research should indicate if surveillance or regulations for the use of these high power lasers are necessary. Technical (PTT) standards for exposure from RF-emitters protect against health hazards. Exposure to RF radiation from hand held telephones (GSM) and theft-prevention equipment can possible interfere with medical implants like pacemakers or insulin pumps.Radio- and tv-broadcasting emitters in the Netherlands do not exceed standards and do not lead to acute health hazards. Exposure to radiation from powerlines in the Netherlands is below the limits, but for certain domestic apparatus they can be exceeded. Specific information can create clarity on the actual exposure and contribute to reducing the concern among people.
Dit rapport biedt een overzicht van de toepassingen van niet-ioniserende straling in de gezondheidszorg (in enge zin) en in het dagelijks leven en gaat in op de daaruit voortvloeiende effecten op de mens en op de volksgezondheid (in brede zin). Deze probleemanalyse signaleert de beheersbare problemen waarvoor (beleids-)maatregelen mogelijk zijn. In de gezondheidszorg wordt niet-ioniserende straling in toenemende mate gebruikt voor zowel therapeutische als diagnostische doeleinden. De beheersbare problemen liggen daar op het gebied van UV-therapie het gebruik van RF-straling in de fysiotherapie en van ultrageluid in de echoscopie. Ook buiten de medische toepassingen worden mensen aan niet-ioniserende straling blootgesteld. Bescherming tegen overmatige blootstelling van UV (zowel van de zon als van kunstmatige bronnen) draagt bij aan de reductie van blootstelling. Voorlichting op dit gebied kan leiden tot het terugdringen van de incidentie van huidkanker. Blootstelling aan laserstraling (bijvoorbeeld in discotheken) kan leiden tot oogschade. Nader onderzoek zou kunnen uitwijzen of toezicht op of regelgeving betreffende het gebruik van dergelijke apparatuur wenselijk is. Bestaande (PTT-)normen voor RF-straling bieden in het algemeen voldoende bescherming tegen gezondheidsschade. Blootstelling aan radiofrequente straling afkomstig van bijv. draagbare telefoons (GSM-net) en diefstalbeveiliging zou kunnen leiden tot interferentie met medische apparatuur of met elektronische implantaten bij personen. Radio- en tv-zenders leiden in Nederland in het algemeen niet tot overschrijding van de daartoe gestelde normen. Er zijn daarom geen directe gezondheidsrisico's te verwachten. Wel heerst er vrees voor niet-acute effecten. Blootstelling aan de straling van het hoogspanningsnet is in Nederland ook gebonden aan een norm, maar bij bepaalde (huishoudelijke) apparaten kan deze overschreden worden. Gerichte voorlichting kan bijdragen aan het verminderen van de kans op overschrijden van de norm en van onrust onder (delen van) de bevolking.