Average rating
Cast your vote
You can rate an item by clicking the amount of stars they wish to award to this item.
When enough users have cast their vote on this item, the average rating will also be shown.
Star rating
Your vote was cast
Thank you for your feedback
Thank you for your feedback
Authors
Dunnink GSeries/Report no.
RIVM rapport 295001007Type
ReportLanguage
nl
Metadata
Show full item recordTitle
Advies Extra contactmoment in de leeftijdsperiode 12-19 jaarTranslated Title
Advice Additional contact episode for 12-19 year-oldsPubliekssamenvatting
Om jongeren goed te kunnen volgen, is meer nodig dan de huidige reguliere contactmomenten met de jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het is daarom raadzaam om kinderen van 15-16 jaar de JGZ een keer extra te laten bezoeken. De verwachting is dat voorlichting, een tijdige signalering van en een tijdige inzet van effectieve interventies er aan bijdragen dat gezondheidsproblemen worden voorkomen, of dat de nadelige gevolgen ervan minder groot zijn. Hierdoor treedt op korte en lange termijn (gezondheids)winst op. Dit blijkt uit het advies van het Centrum Jeugdgezondheid van het RIVM. Momenteel vindt op 13-jarige leeftijd het laatste contactmoment plaats. Jeugdgezondheidszorg is er voor kinderen van 0 tot 19 jaar en kan, indien gewenst, buiten de reguliere contactmomenten worden geraadpleegd. Tussen 12 en 19 jaar maken jongeren grote lichamelijke en psychosociale veranderingen door. Ze zijn op zoek naar hun identiteit en rol in de samenleving. Dit roept uiteenlopende vragen bij ze op, bijvoorbeeld over seksualiteit en gezondheid. Daarnaast komt er bij die leeftijdsgroep veel risicovol gedrag voor, zoals overmatig alcoholgebruik, roken of blowen. Jongeren zijn zich vaak niet bewust van de risico's hiervan. In het advies worden verschillende opties beschreven waarop het extra contactmoment kan worden ingevuld. Te denken valt aan een preventief gezondheidsonderzoek door middel van een consult, een beperkt consult waarin wordt bepaald wie meer onderzoek nodig heeft (triage-contactmoment), en een vragenlijst op basis waarvan wordt bepaald wie een vervolgonderzoek nodig heeft. De laatste optie kan ook worden aangevuld met een klassikale voorlichtingsles door de JGZ. Het is niet bekend welke optie het meest efficiknt is en welke het meeste effect heeft.The current number of contact episodes that child and youth health services in The Netherlands are allowed to offer is not sufficient to monitor young people's health and development. At present, the last episode of contact takes place when the child is 13. It is recommended to add a consultation episode at the age of 15-16 years. Such extra contact episode provides an opportunity for health education, early recognition, and timely implementation of effective interventions. This will help prevent health problems to emerge and reduce the negative impact of exiting health problems. It will improve young people's health in the short term, and will also result in long-term health gain. In The Netherlands, child and youth health services are available to all 0-19 year-olds. When necessary or appropriate, the services can also be consulted outside the scheduled contact episodes. Young people between 12 and 19 go through many physical, mental and social changes. In their search for identity and role in society they may encounter many questions around a range of issues including health and sexuality. Risky behaviour such as the high use of alcohol, illicit drugs or tobacco is common in this age group. Young people are not always aware of the negative impact this may have on their health. This report presents a range of options for the implementation of the additional contact episode for 15-16 year-olds, should this indeed be added to the current set of contact episodes offered by the child and youth health sector. These options include a preventative health examination, a targeted triage session to determine needs for further consultation, or a structured questionnaire to identify the need for further referral. This last option could also be offered in conjunction with an in-school health education session. At the moment, no evidence is available as to which of these options would be most effective in terms of health gain.
Sponsors
VWSCollections