De organisatie van zorggroepen anno 2010 : Huidige stand van zaken en de ontwikkelingen in de afgelopen jaren
Average rating
Cast your vote
You can rate an item by clicking the amount of stars they wish to award to this item.
When enough users have cast their vote on this item, the average rating will also be shown.
Star rating
Your vote was cast
Thank you for your feedback
Thank you for your feedback
Series/Report no.
RIVM rapport 260332001Type
ReportLanguage
nl
Metadata
Show full item recordTitle
De organisatie van zorggroepen anno 2010 : Huidige stand van zaken en de ontwikkelingen in de afgelopen jarenPubliekssamenvatting
Als gevolg van de experimentele invoering van integrale bekostiging gedurende de jaren 2007 tot en met 2009 zijn er in Nederland diverse zorggroepen opgericht. Dit rapport geeft inzicht in de huidige stand van zaken van de organisatie van zorggroepen en in de ontwikkelingen in de afgelopen jaren. Daarnaast geeft het rapport inzicht in de uitrol van de zorgprogramma's voor diabetes, vasculair risicomanagement (VRM) en chronic obstructive pulmonary disease (COPD). Dit onderzoek is een vervolg op de 0-meting zorggroepen die in 2008 is uitgevoerd.Een zorggroep is een organisatie met rechtspersoonlijkheid waarin zorgaanbieders zijn verenigd. De zorggroep is verantwoordelijk voor de coOrdinatie en levering van de gecontracteerde zorg in een bepaalde regio. Met de term 'zorggroep' wordt de hoofdcontractant van het ketendiagnosebehandelcombinatie (keten-dbc) contract bedoeld; niet het team van zorgverleners dat de feitelijke zorg verleent.
In Nederland zijn tot maart 2010 in totaal 97 zorggroepen opgericht met minimaal een operationeel zorgprogramma. Momenteel participeert ruim driekwart van alle huisartsen in een zorggroep. Binnen een zorggroep nemen gemiddeld 76 huisartsen deel. In vergelijking met 2008 zijn er vrijwel geen veranderingen in het aantal deelnemende huisartsen en aantal patienten per zorggroep. Ook zijn de huisartsen nog steeds de belangrijk(st)e spelers in zorggroepen.
De zorggroepen ervaren knelpunten op het terrein van de ICT wat het geïntegreerd leveren van zorg belemmert. Dit is niet veranderd sinds de 0-meting in 2008. Een derde van de zorggroepen heeft een keteninformatiesysteem (KIS) geimplementeerd. Vooralsnog lijkt het er op dat ook een KIS nog niet voldoet aan de informatiebehoefte van zorggroepen.
De rol van de patiënt in de zorggroep is nog onderontwikkeld. Veel zorggroepen hebben nog geen of onvoldoende aandacht voor zelfmanagement. Bij acht van de deelnemende zorggroepen heeft de patient zonder tussenkomst van zorgverleners via internet toegang tot zijn eigen zorgdossier, waardoor de patiënt beter bij het zorgproces betrokken wordt.
Alle zorggroepen hebben een keten-dbc contract voor het diabetes zorgprogramma en daarmee is een landelijke uitrol nagenoeg gerealiseerd. Slechts een aantal zorggroepen hebben een keten-dbc contract voor de VRM en COPD zorgprogramma's. Oorzaak hiervan is ondermeer een moeizame onderhandeling met de zorgverzekeraars. De zorggroepen met meerdere zorgprogramma's hebben vaak een complexere juridische structuur en kunnen meerdere rechtsvormen hebben. Daardoor zijn multimorbide patienten voor hun chronische zorg bij meerdere zorggroepen 'in zorg'. Wat dit betekent voor de (kwaliteit van de) feitelijke zorgverlening van mensen met multimorbiditeit is vooralsnog onduidelijk.
Consequent to the introduction of an experimental bundled payment scheme in the period 2007 to 2009, various care groups have been set up in the Netherlands. This report focuses on how care groups are organised and how this organisation has developed in recent years. The report also addresses the deployment of care programmes for diabetes, vascular risk management (VRM) and chronic obstructive pulmonary disease (COPD). This study is a follow-up of a baseline study that was conducted in 2008.
A care group is an organisation with legal personality in which health care providers work together. The care group is responsible for the co-ordination and provision of contracted care in a particular region. The term 'care group' refers to the principal contractor of the bundled payment contract, not to the team of health care professionals that provides the actual health care.
March 2010 there were 97 care groups with at least one operational care programme. At present over three quarters of all GPs participate in a care group and an average of 76 GPs takes part in each care group. Compared with 2008, the number of participating GPs and the number of patients per care group have hardly changed. As in 2008, GPs are still the major players in the care groups.
The care groups experienced problems in the field of ICT which hinders the integrated delivery of care. This has not changed since the baseline study in 2008. One third of the care groups has implemented an integrated information system. It seems, however, that this system does not yet meet the information needs of care groups.
The role of the patient in the care group is still underdeveloped. Many care groups pay no or insufficient attention to self-management. In eight care groups, the patients have direct access to their own health records through the Internet without the intervention of health care providers, thereby enhancing patients' involvement in the care process.
All care groups have a bundled payment contract for the diabetes care programme; so national coverage has been achieved. Only a few care groups have a bundled payment contract for the VRM and COPD care programmes. A reason for this is that the negotiations with health insurers proceed with difficulty. The care groups with more care programmes often have a more complex legal structure, with each care programme having its own legal entity. As a consequence, patients with multimorbidity are 'in care' with multiple 'care groups'. What this means for the (quality of) the actual care for people with multimorbidity is unclear.
Sponsors
VWSCollections