Pathogene micro-organismen in zwemwater in relatie tot indicatoren voor fecale verontreiniging
Average rating
Cast your vote
You can rate an item by clicking the amount of stars they wish to award to this item.
When enough users have cast their vote on this item, the average rating will also be shown.
Star rating
Your vote was cast
Thank you for your feedback
Thank you for your feedback
Series/Report no.
RIVM rapport 330400001Type
ReportLanguage
nl
Metadata
Show full item recordTitle
Pathogene micro-organismen in zwemwater in relatie tot indicatoren voor fecale verontreinigingTranslated Title
Pathogenic micro-organisms in bathing water related to faecal indicatorsPubliekssamenvatting
In zwemwater wat voldeed aan de normen voor microbiologische kwaliteit uit de huidige Zwemwaterrichtlijn 76/160/EEG werden micro-organismen aangetroffen die infectieziekten zoals gastro-enteritis of oorontsteking kunnen veroorzaken. Op basis van de strengere normen uit de herziene Zwemwaterrichtlijn 2006/7/EC werd de kwaliteit van dit zwemwater minder gunstig beoordeeld.Op twee officiele Nederlandse zwemlocaties, Katwijk-Noord en Vinkeveenseplassen (bij eiland 1), is de aanwezigheid van (potentieel) pathogene micro-organismen onderzocht en gerelateerd aan de huidige en de herziene Europese zwemwaternormen; voor de parameters uit de herziene Zwemwaterrichtlijn werden twee verschillende (toegestane) detectiemethoden toegepast.
De ziekteverwekkende micro-organismen Staphylococcus aureus, Pseudomonas aeruginosa, Vibrio, Cryptosporidium en Giardia werden op beide locaties aangetroffen. Campylobacter werd niet gevonden bij Katwijk-Noord, maar wel in de Vinkeveenseplassen. Salmonella, norovirus en enterovirus werden op geen van beide locaties aangetroffen, terwijl rotavirus eenmaal bij Katwijk-Noord en adenovirus eenmaal in de Vinkeveenseplassen werd aangetoond.
Volgens de huidige Zwemwaterrichtlijn was de waterkwaliteit bij Katwijk-Noord 'uitstekend' en in de Vinkeveenseplassen 'goed'. Voor de parameters uit de herziene Zwemwaterrichtlijn bestond er verschil in beoordeling bij gebruik van de verschillende methoden: op basis van membraanfiltratie was de waterkwaliteit bij Katwijk-Noord 'goed', terwijl deze op basis van MPN resultaten 'aanvaardbaar' was. De zwemwaterkwaliteit in de Vinkeveenseplassen werd op basis van beide methoden als 'slecht' beoordeeld.
Er zijn aanwijzingen verkregen dat de beoordeling van de waterkwaliteit op Nederlandse zwemlocaties volgens de herziene Zwemwaterrichtlijn afhankelijk is van de toegepaste detectiemethode (membraanfiltratie of MPN). Het voldoen aan de Europese Zwemwaterrichtlijn garandeert niet de afwezigheid van voor de mens ziekteverwekkende micro-organismen in zwemwater.
Micro-organisms possibly causing infectious diseases such as gastroenteritis or inflammation of the ear were detected in bathing water that complied with the current European Bathing Water Directive 76/160/EEG. On the basis of the stricter guidelines in the revised Bathing Water Directive 2006/7/EC, the quality of these bathing waters was assessed as being less favourable. In this study, the presence of pathogenic micro-organisms was related to the current and revised European bathing water guidelines at two official bathing sites in the Netherlands, Katwijk-Noord and Vinkeveenseplassen (island 1). Indicator parameters in the revised Bathing Water Directive were analysed by using two different (permitted) detection methods. The (potentially) pathogenic micro-organisms Staphylococcus aureus, Pseudomonas aeruginosa, Vibrio, Cryptosporidium and Giardia were detected at both sampling sites. Campylobacter was not found at Katwijk-Noord, but was detected at Vinkeveenseplassen. Salmonella, norovirus and enterovirus were not detected at either site, whereas rotavirus was detected once at Katwijk-Noord and adenovirus once at Vinkeveenseplassen. According to the current Bathing Water Directive, water quality was 'excellent' at Katwijk-Noord and 'good' at Vinkeveenseplassen. The use of different methods for detecting the revised Bathing Water Directive parameters resulted in deviant assessments of water quality. Based on membrane filtration results, water quality at Katwijk-Noord was rated 'good', whereas on the basis of MPN results it was 'acceptable'. Bathing water quality at Vinkeveenseplassen was assessed 'poor' by either method. The assessment of bathing water quality at Dutch bathing sites was, according to the revised Bathing Water Directive, indicated as being dependent on the detection method used for faecal indicators. Compliance with the European bathing water guidelines does not guarantee the absence of human pathogenic micro-organisms in water.
Sponsors
VROM-DGM-BWLCollections
Related items
Showing items related by title, author, creator and subject.
-
Nanodeeltjes in waterStruijs J; van de Meent D; Peijnenburg WJGM; Heugens E; de Jong W; Hagens W; de Heer C; Hofman J; Roex E; LER (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVMKiwa Water ResearchRijkswaterstaat Waterdienst, 2007-11-06)De komende jaren krijgen we steeds vaker te maken met nanotechnologie. Nanodeeltjes bieden nieuwe mogelijkheden, omdat ze klein zijn. Nanotechnologie wordt nu al gebruikt in bijvoorbeeld autolak, autobanden, schoenspray en zonnebrandcreme. De markt voor nanotechnologie groeit dan ook razendsnel. Onderzoekers en gebruikers zijn het met elkaar eens: deze nieuwe technologie gaat veel betekenen. Maar bij nieuwe technologieen horen onzekerheden. Wat precies de voor- en nadelen zijn, kan niemand nog volledig inschatten. Het toenemende gebruik en de groeiende (maatschappelijke) aandacht voor de risico's van nanotechnologieen vormden de aanleiding voor een uitgebreide literatuurstudie naar de mogelijke toepassingen en risico's. Deze studie richt zich daarbij specifiek op het watermilieu en drinkwater. Het rapport 'Nanodeeltjes in water' is een gezamenlijk project van Rijkswaterstaat, Kiwa Water Research, Vewin en het RIVM; laatstgenoemde is door de regering aangewezen als 'observatiepost nanotechnologie'. De studie geeft een overzicht van de beschikbare informatie over kansen en bedreigingen van nanotechnologie in relatie tot water . Het beschrijft de tot nu toe bekende effecten van nanodeeltjes voor het watermilieu en voor de mens en de mogelijkheden voor toepassing in de (drink)waterzuivering. Er zijn echter nog diverse kennislacunes, waardoor het moeilijk is de risico's in te schatten. Daarom geeft het rapport ook aan welke zaken nog moeten worden onderzocht om beter zicht op de risico's te krijgen. Daarnaast geeft het rapport inzicht in de nationale en Europese regelgeving die betrekking heeft op nanodeeltjes. Kortom: een overzichtsrapport dat inzicht geeft in wetenschappelijke stand van zaken rond nanotechnologie in relatie tot water. Het is daarmee een aanzet voor verder onderzoek en kan als basis dienen voor beleid en regelgeving.
-
Uitvoering van maatregelen bij winningen drinkwater : Implementation of measures at drinking water extraction sitesWuijts S; van den Brink C; DDB; M&V (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVMRoyal Haskoning DHV, 2015-08-25)Sinds enkele jaren worden in Nederland programma's opgesteld met afspraken over maatregelen die nodig zijn om de risico's voor de kwaliteit van bronnen van drinkwater weg te nemen of te voorkomen. Of met deze maatregelen Nederland ook zal kunnen voldoen aan de concrete kwaliteitsdoelstellingen van de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) voor bronnen van drinkwater, is nog niet duidelijk. Uit een inventarisatie van het RIVM blijkt dat hierover zorg bestaat bij de betrokken partijen (provincies, drinkwaterbedrijven en waterbeheerders). Wel is de bewustwording van de kwetsbaarheid van de waterwinningen bij deze partijen vergroot, evenals de betrokkenheid om mee te werken aan oplossingen. De programma's zijn onder regie van provincies en waterbeheerders opgesteld. Een van de problemen die bij de bescherming van de kwaliteit van de drinkwaterbronnen speelt is dat verschillende kaders, zoals de Drinkwaterwet en de Wet bodembescherming, van toepassing zijn. Dit geldt bijvoorbeeld voor historische bodemverontreinigingen en het gebruik van mest. Hierdoor kan het voorkomen dat betrokken partijen voldoen aan hun wettelijke verplichtingen voor de bodem maar er toch een probleem blijft bestaan voor de kwaliteit van het water dat bestemd is voor de drinkwatervoorziening. Daarnaast zijn lozingen van vervuilende stoffen op oppervlaktewater lastig aan te pakken. Dat komt doordat veel partijen, zowel binnen Nederland als daarbuiten, betrokken zijn en ieders verantwoordelijkheid hierin niet helemaal duidelijk is. De Drinkwaterwet biedt hiervoor wel allerlei handvaten, maar die moeten wel nader worden uitgewerkt en in de praktijk gebracht.
-
Gebiedsdossiers voor drinkwaterbronnen, uitwerking van risico's en ontwikkeling van maatregelenWuijts S; van Rijswick HFMW; Dik HHJ; IMD (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVMUniversiteit UtrechtDepartement RechtsgeleerdheidDisciplinegroep Staats- en BestuursrechtCentrum voor Omgevingsrecht en -beleid/NILOS, 2008-02-19)Om de waterwinning voor drinkwater te kunnen beschermen blijken zogeheten gebiedsdossiers een nuttig instrument om informatie te bundelen die van invloed is op de waterkwaliteit van de winning. Op basis van deze informatie kunnen effectieve beschermingsmaatregelen, gericht op preventie en risicobeheersing, worden ontwikkeld. Het gebiedsdossier vult het bestaande beschermingsbeleid aan. In opdracht van het ministerie van VROM heeft het RIVM een protocol opgesteld om een gebiedsdossier te ontwikkelen. Dit protocol is uitgewerkt voor drie typen waterwinning (grondwater, oevergrondwater en oppervlaktewater). Het instituut beveelt aan het instrument juridisch te verankeren in de Drinkwaterwet, zo nodig ook in de Wet Milieubeheer, en een centrale regierol bij een overheidsinstantie neer te leggen. Bij de uitvoering van maatregelen zijn verschillende overheden betrokken. Daarom is het belangrijk om bij de bestuurlijke besluitvorming over gebiedsdossiers de regierol bij een overheidsinstantie neer te leggen. Omdat provincies een verantwoordelijkheid hebben op het gebied van milieu, water en ruimtelijke ordening lijkt deze rol daar het beste te passen. Dit is de uitkomst van een workshop over gebiedsdossiers die in november 2007 plaatsvond bij het RIVM. Bij de workshop waren vertegenwoordigers van het Rijk, provincies, gemeenten, waterbeheerders en waterleidingbedrijven aanwezig. Tijdens de workshop werden de resultaten van het project gebiedsdossiers bediscussieerd. Gebiedsdossiers kunnen ook voor andere waterwinningen voor menselijke consumptie van toepassing zijn. Bijvoorbeeld om beschermingsbeleid te formuleren voor industriele grondwaterwinningen voor de productie van bier en frisdrank. Hiermee geeft Nederland invulling aan de verplichtingen van de Kaderrichtlijn Water voor industriele waterwinningen.