Show simple item record

dc.contributor.authorMennen MG
dc.contributor.authorBos HP
dc.contributor.authorLinders SHMA
dc.contributor.authorStil GH
dc.contributor.authorKootstra PR
dc.date.accessioned2012-12-12T21:36:44Z
dc.date.available2012-12-12T21:36:44Z
dc.date.issued1997-04-30
dc.identifier723101028
dc.identifier.urihttp://hdl.handle.net/10029/261029
dc.description.abstractBuitenluchtconcentraties van vier aldehyden, nl. formaldehyde, acetaldehyde, crotonaldehyde en benzaldehyde, zijn gemeten op een stadsachtergrond- (Amsterdam) en een regionaal (Biddinghuizen) meetstation gedurende ongeveer een jaar. De metingen werden verricht met DNPH-geimpregneerde C18 cartridges met behulp van RP-HPLC-UV analyse. Er werden monsters van 5 tot 8 uur genomen gedurende de nacht, de middag, en de ochtend- en avondspits. De detectielimiten varieerden van 0.1 tot 1 mug m exp. -3 met onzekerheden in gemeten concentraties van 10-15% voor acetaldehyde en 25% voor de andere drie aldehyden. De gemiddelden over de hele meetcampagne waren 2.8 en 2.5 mug m exp. -3 op de stadslocatie en 1.8 en 2.1 mug m exp. -3 op het regionale station. Benzaldehyde en crotonaldehyde concentraties lagen vrijwel altijd beneden de detectielimiet en waren in ieder geval niet hoger dan 0.3 mug m exp. -3. De daggemiddelde maximumconcentraties van formaldehyde waren resp. 5 and 3.6 mg m exp. -3, hetgeen ver ligt beneden de maximaal toelaatbare waarde van 40 mug m exp. -3 voor deze component in Nederland. Uur- en daggemiddelde waarden van acroleine op de twee meetlocaties werden geschat op minder dan resp. 2 en 1 mug m exp. -3, hetgeen veel lager is dan de maximum toelaatbare waarden van 20 resp. 6 mug m exp. -3. Hogere concentraties kunnen voorkomen in drukke verkeersstraten, maar het is onwaarschijnlijk dat de maximaal toelaatbare waarden worden overschreden. Uit het verloop van de aldehydeconcentraties in relatie tot die van andere componenten werd inzicht verkregen in de bijdragen van de belangrijkste bronnen. Dit blijken vooral verkeersemissies en fotochemische reacties, en in mindere mate transport van luchtverontreiniging vanuit het buitenland (o.a. Oost-Europa) te zijn. Andere bronnen, zoals industriele of binnenlucht, zouden ook een rol kunnen spelen, maar op grond van de resultaten van deze meetcampagne kan hierover geen verantwoorde conclusie worden afgeleid.
dc.description.abstractAmbient air concentrations of formaldehyde, acetaldehyde, crotonaldehyde and benzaldehyde, have been determined at an urban background (Amsterdam) and a rural site (Biddinghuizen) during approximately one year. Concentrations were measured with DNPH-coated C18 cartridges followed by RP-HPLC-UV analysis. Samples were taken during the night, during midday and during the morning and evening traffic peak hours. The detection limits were in the range of 0.1-1 mug m exp. -3 and uncertainties in concentrations were about 10-25%. The concentrations of formaldehyde and acetaldehyde (5- to 8-h averages) were in the range of 0.2 to 7 mug m exp. -3, with averages over the whole campaign of 2.8 and 2.5 mug m exp. -3 at the urban site, and 1.8 and 2.1 mug m exp. -3 at the rural location. Benzaldehyde and crotonaldehyde did not exceed 0.3 mug m exp. -3. The daily maxima of formaldehyde at the urban background and rural site were 5 and 3.6 mug m exp.-3, respectively, which is far below the maximum permissible concentration of 40 mug m exp. -3 for this compound in the Netherlands. Measurements of acrolein failed due to the instability of the acrolein derivatives on the cartridges. Daily average acrolein levels, estimated on the basis of the measured aldehyde concentrations and information from literature, were less than 1 mug m exp. -3, which is far below the maximum permissible concentration 6 mug m exp. -3. Substantially higher levels of formaldehyde and acrolein may occur in main traffic streets, but it is unlikely that maximum permissible concentrations will be exceeded. From the relationship between the courses of the aldehyde concentrations and those of other compounds it was found that the main sources of aldehydes appear to be direct emissions from traffic, formation in photochemical reactions and, to a smaller extent, long-range transport of air pollution from abroad (particularly eastern Europe). Other sources, e.g. industrial or indoor air, may also play a role but our data do not allow any valid statement about this.
dc.description.sponsorshipDGM/LE
dc.format.extent46 p
dc.language.isoen
dc.relation.ispartofRIVM Rapport 723101028
dc.relation.urlhttp://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/723101028.html
dc.subject07nl
dc.subjectaldehydenl
dc.subjectluchtnl
dc.subjectmeetgegevensnl
dc.subjectstadnl
dc.subjectplattelandnl
dc.subjectformaldehydenl
dc.subjectacetaldehydenl
dc.subjectbenzaldehydenl
dc.subjectcrotonaldehydenl
dc.subjectaldehydeen
dc.subjectairen
dc.subjectmeasurementsen
dc.subjectcitiesen
dc.subjectrural areasen
dc.subjectformaldehydeen
dc.subjectacetaldehydeen
dc.subjectbenzaldehydeen
dc.subjectcrotonaldehydeen
dc.titleAldehyde concentrations in ambient air. Results of a one-year measuring campaign at two sites in the Netherlandsen
dc.title.alternativeAldehydeconcentraties in buitenlucht. Resultaten van een eenjarige meetcampagne op twee locaties in Nederlandnl
dc.typeReport
dc.contributor.departmentLLO
dc.contributor.departmentLOC
dc.date.updated2012-12-12T21:36:44Z
html.description.abstractBuitenluchtconcentraties van vier aldehyden, nl. formaldehyde, acetaldehyde, crotonaldehyde en benzaldehyde, zijn gemeten op een stadsachtergrond- (Amsterdam) en een regionaal (Biddinghuizen) meetstation gedurende ongeveer een jaar. De metingen werden verricht met DNPH-geimpregneerde C18 cartridges met behulp van RP-HPLC-UV analyse. Er werden monsters van 5 tot 8 uur genomen gedurende de nacht, de middag, en de ochtend- en avondspits. De detectielimiten varieerden van 0.1 tot 1 mug m exp. -3 met onzekerheden in gemeten concentraties van 10-15% voor acetaldehyde en 25% voor de andere drie aldehyden. De gemiddelden over de hele meetcampagne waren 2.8 en 2.5 mug m exp. -3 op de stadslocatie en 1.8 en 2.1 mug m exp. -3 op het regionale station. Benzaldehyde en crotonaldehyde concentraties lagen vrijwel altijd beneden de detectielimiet en waren in ieder geval niet hoger dan 0.3 mug m exp. -3. De daggemiddelde maximumconcentraties van formaldehyde waren resp. 5 and 3.6 mg m exp. -3, hetgeen ver ligt beneden de maximaal toelaatbare waarde van 40 mug m exp. -3 voor deze component in Nederland. Uur- en daggemiddelde waarden van acroleine op de twee meetlocaties werden geschat op minder dan resp. 2 en 1 mug m exp. -3, hetgeen veel lager is dan de maximum toelaatbare waarden van 20 resp. 6 mug m exp. -3. Hogere concentraties kunnen voorkomen in drukke verkeersstraten, maar het is onwaarschijnlijk dat de maximaal toelaatbare waarden worden overschreden. Uit het verloop van de aldehydeconcentraties in relatie tot die van andere componenten werd inzicht verkregen in de bijdragen van de belangrijkste bronnen. Dit blijken vooral verkeersemissies en fotochemische reacties, en in mindere mate transport van luchtverontreiniging vanuit het buitenland (o.a. Oost-Europa) te zijn. Andere bronnen, zoals industriele of binnenlucht, zouden ook een rol kunnen spelen, maar op grond van de resultaten van deze meetcampagne kan hierover geen verantwoorde conclusie worden afgeleid.
html.description.abstractAmbient air concentrations of formaldehyde, acetaldehyde, crotonaldehyde and benzaldehyde, have been determined at an urban background (Amsterdam) and a rural site (Biddinghuizen) during approximately one year. Concentrations were measured with DNPH-coated C18 cartridges followed by RP-HPLC-UV analysis. Samples were taken during the night, during midday and during the morning and evening traffic peak hours. The detection limits were in the range of 0.1-1 mug m exp. -3 and uncertainties in concentrations were about 10-25%. The concentrations of formaldehyde and acetaldehyde (5- to 8-h averages) were in the range of 0.2 to 7 mug m exp. -3, with averages over the whole campaign of 2.8 and 2.5 mug m exp. -3 at the urban site, and 1.8 and 2.1 mug m exp. -3 at the rural location. Benzaldehyde and crotonaldehyde did not exceed 0.3 mug m exp. -3. The daily maxima of formaldehyde at the urban background and rural site were 5 and 3.6 mug m exp.-3, respectively, which is far below the maximum permissible concentration of 40 mug m exp. -3 for this compound in the Netherlands. Measurements of acrolein failed due to the instability of the acrolein derivatives on the cartridges. Daily average acrolein levels, estimated on the basis of the measured aldehyde concentrations and information from literature, were less than 1 mug m exp. -3, which is far below the maximum permissible concentration 6 mug m exp. -3. Substantially higher levels of formaldehyde and acrolein may occur in main traffic streets, but it is unlikely that maximum permissible concentrations will be exceeded. From the relationship between the courses of the aldehyde concentrations and those of other compounds it was found that the main sources of aldehydes appear to be direct emissions from traffic, formation in photochemical reactions and, to a smaller extent, long-range transport of air pollution from abroad (particularly eastern Europe). Other sources, e.g. industrial or indoor air, may also play a role but our data do not allow any valid statement about this.


This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record