• Login
    Search 
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

    Browse

    All of WARPCommunitiesTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartmentThis CommunityTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartment

    My Account

    LoginRegister

    Filter by Category

    Subjectsagricultural practice (1)beleid (1)derogatie (1)derogation (1)hoogspanningslijnen (1)View MoreAuthorsLGW (2)M&V (2)Buis E (1)Daatselaar CHG (1)de Koeijer TJ (1)View MoreYear (Issue Date)2017 (3)Types
    Onderzoeksrappport (3)

    Statistics

    Display statistics
     

    Search

    Show Advanced FiltersHide Advanced Filters

    Filters

    Now showing items 1-3 of 3

    • List view
    • Grid view
    • Sort Options:
    • Relevance
    • Title Asc
    • Title Desc
    • Issue Date Asc
    • Issue Date Desc
    • Results Per Page:
    • 5
    • 10
    • 20
    • 40
    • 60
    • 80
    • 100

    • 3CSV
    • 3RefMan
    • 3EndNote
    • 3BibTex
    • Selective Export
    • Select All
    • Help
    Thumbnail

    Agricultural practices and water quality on farms registered for derogation in 2015

    Hooijboer AEJ; de Koeijer TJ; Prins H; Vrijhoef A; Daatselaar CHG (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2017-07-07)
    Het Nederlandse mestbeleid probeert de schadelijke milieueffecten van de landbouw te beperken. Dit sluit aan bij internationale afspraken over het mestgebruik, die onder meer zijn vastgelegd in de Europese Nitraatrichtlijn. Die schrijft lidstaten voor om het gebruik van dierlijke mest te beperken tot 170 kg stikstof per hectare. Bedrijven met ten minste 80 procent grasland mogen onder bepaalde voorwaarden meer mest gebruiken, afkomstig van graasdieren zoals koeien en schapen (derogatie). Op deze bedrijven is in de periode 2006 tot en met 2016 de uitspoeling van nitraat uit de mest naar het grondwater gedaald of gelijk gebleven. In 2015 ligt op derogatiebedrijven de concentratie gemiddeld in alle regio's onder de EU-norm van 50 milligram nitraat per liter. Dit blijkt uit de jaarlijkse rapportage van het RIVM en Wageningen Economic Research. Zij volgen op 300 derogatiebedrijven de bedrijfsvoering en de effecten op de waterkwaliteit en zij rapporteren de resultaten hiervan jaarlijks aan de EU. In deze rapportage is de situatie in 2015 beschreven en de ontwikkeling tussen 2006 en 2016 (trend). Bedrijfsvoering. De toegestane hoeveelheid stikstof uit graasdiermest is, afhankelijk van de bodemsoort en regio, 250 kilogram per hectare (in de Kleiregio, Veenregio en het noordelijke deel van de Zandregio) of 230 kg/ha (in de Lössregio en het overige deel van de Zandregio). Gemiddeld hebben derogatiebedrijven in 2015 238 kilogram stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. De hoeveelheid stikstof die als nitraat kan uitspoelen naar het grondwater wordt onder andere bepaald door het zogenoemde stikstofbodemoverschot. Dit is het verschil tussen de aanvoer van stikstof (zoals meststoffen) en de afvoer ervan (waaronder via gras en maïs). Het stikstofbodemoverschot is gemiddeld over de regio's tijdens de onderzochte periode gedaald met 16%. Grondwaterkwaliteit. In 2015 was de gemiddelde nitraatconcentratie in het grondwater 26 milligram per liter (mg/l) in Zand 250. De hoogste concentratie wordt gemeten in de Lössregio (42 mg/l) en in Zand 230 (45 mg/l). Bedrijven in de Kleiregio en de Veenregio hadden gemiddeld een lagere nitraatconcentratie (respectievelijk 22 en 13 mg/l). Het verschil tussen de regio's kan verklaard worden door het aandeel uitspoelingsgevoelige gronden. Vooral in Zand 230 en in de Lössregio komen gronden voor waar nitraat in mindere mate in de bodem wordt afgebroken en daardoor meer kan uitspoelen naar het grondwater.
    Thumbnail

    Minerals Policy Monitoring Programme report 2011-2014 : Methods and procedures

    van Vliet ME; van Leeuwen TC; van Beelen P; Buis E (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2017-08-24)
    Dit technische rapport beschrijft de werkwijze van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) in de periode 2011-2014. Het LMM voorziet de Nederlandse overheid van informatie over de effecten van het mestbeleid op de waterkwaliteit en de landbouwpraktijk. Het meetnet vervult daarmee een rol in de verantwoording en evaluatie van de Nederlandse Meststoffenwet, de Europese Nitraatrichtlijn en de Nederlandse derogatie op de Nitraatrichtlijn. Derogatie houdt in dat Nederland, onder voorwaarden, toestemming heeft om meer stikstof met dierlijke mest uit te rijden dan regulier is opgenomen in de Europese nitraatrichtlijn. Een van de voorwaarden is dat de effecten van de een hogere hoeveelheid stikstof uit dierlijke mest worden gemonitord. In de onderzoeksperiode zijn verschillende wijzigingen doorgevoerd om het meetnet te optimaliseren en af te stemmen op de veranderende omstandigheden. Alle relevante wijzigingen zijn in dit rapport vastgelegd, zodat de gebruikte meetmethoden voor iedereen inzichtelijk blijven. In het LMM werken Wageningen Economic Research (voorheen het LEI Wageningen UR) en het RIVM samen om informatie te verzamelen over de landbouwpraktijk en waterkwaliteit op landbouwbedrijven in Nederland. Wageningen Economic Reseach verzamelt financiële, economische en milieudata van ongeveer 450 landbouwbedrijven. Het RIVM meet de kwaliteit van het grondwater, bodemvocht, slootwater en/of drainagewater op deze bedrijven. De deelnemende bedrijven zijn een representatieve steekproef van de Nederlandse landbouw, verdeeld over grondsoortregio's (zand, klei, veen en löss) en bedrijfstypen (melkvee-, akkerbouw-, hokdier- en overige bedrijven).
    Thumbnail

    National precautionary policies on magnetic fields from power lines in Belgium, France, Germany, the Netherlands and the United Kingdom

    Stam R (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2017-09-12)
    Wetenschappelijk onderzoek wijst op een mogelijk verhoogd risico op leukemie bij kinderen die in de buurt van bovengrondse hoogspanningslijnen wonen. Door statistische onzekerheden en het onbekende ziektemechanisme is het niet duidelijk of de magnetische velden van de hoogspanningslijnen daar de oorzaak van zijn. Uit voorzorg hebben Nederland en enkele andere Europese landen enkele jaren geleden beleid opgezet om de blootstelling aan de magnetische velden van nieuwe hoogspanningslijnen te beperken. Landen blijken verschillend om te gaan met de onzekerheden in de beschikbare kennis en maken voor hun beleid andere afwegingen tussen de wetenschappelijke bewijslast en sociale, economische en politieke argumenten. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM. Hierin is het Nederlandse beleid over magneetvelden van hoogspanningslijnen verduidelijkt en vergeleken met het beleid in vier omringende landen (België, Duitsland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk). De landen verschillen in de gebruikte limieten en op welke locaties en welk type elektriciteitsvoorzieningen het beleid van toepassing is. Het Verenigd Koninkrijk is bijvoorbeeld het meest terughoudend in beleid en richt zich op publieksvoorlichting en op aanpassingen in de aansluitingpunten van de draden van de hoogspanningslijnen, bijvoorbeeld in de centrale, waardoor het magneetveld zwakker wordt. Verdergaande maatregelen vinden zij niet in verhouding staan tot het mogelijke risico. Duitsland hanteert een beleid dat in bredere zin is ingestoken op het minimaliseren van magnetische velden, dus ook voor bijvoorbeeld transformatorstations en bovenleidingen van treinen.
    DSpace software (copyright © 2002 - 2019)  DuraSpace
    Quick Guide | Contact Us
    Open Repository is a service operated by 
    Atmire NV
     

    Export search results

    The export option will allow you to export the current search results of the entered query to a file. Different formats are available for download. To export the items, click on the button corresponding with the preferred download format.

    By default, clicking on the export buttons will result in a download of the allowed maximum amount of items.

    To select a subset of the search results, click "Selective Export" button and make a selection of the items you want to export. The amount of items that can be exported at once is similarly restricted as the full export.

    After making a selection, click one of the export format buttons. The amount of items that will be exported is indicated in the bubble next to export format.