• Login
    Search 
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

    Browse

    All of WARPCommunitiesTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartmentThis CommunityTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartment

    My Account

    LoginRegister

    Filter by Category

    SubjectsGEZONDHEID (11)health (4)preventie (4)prevention (4)cost-effectiveness (3)View MoreAuthors
    VTV (12)
    PZO (5)Hamberg-van Reenen HH (3)van den Berg M (3)Bovendeur I (2)View MoreYear (Issue Date)
    2009 (12)
    Types
    Onderzoeksrapport (12)

    Statistics

    Display statistics
     

    Search

    Show Advanced FiltersHide Advanced Filters

    Filters

    Now showing items 1-10 of 12

    • List view
    • Grid view
    • Sort Options:
    • Relevance
    • Title Asc
    • Title Desc
    • Issue Date Asc
    • Issue Date Desc
    • Results Per Page:
    • 5
    • 10
    • 20
    • 40
    • 60
    • 80
    • 100

    • 12CSV
    • 12RefMan
    • 12EndNote
    • 12BibTex
    • Selective Export
    • Select All
    • Help
    Thumbnail

    Gebruik en waardering van kiesBeter.nl in 2008

    Colijn JJ; Graaf ML van der (2009-08-20)
    In 2008 is het bezoekersaantal van de zorgportal kiesBeter.nl aanzienlijk toegenomen: van bijna twee miljoen in 2007 naar drie miljoen. De naamsbekendheid van de website is in het laatste kwartaal 2008, de periode waarin de site het meest werd geraadpleegd, ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar (19 procent). Dit blijkt uit een evaluatie van het RIVM van kiesBeter.nl in 2008. KiesBeter.nl verschaft burgers inzicht in de keuzes die ze kunnen maken in de zorg en biedt daarvoor relevante informatie. Het RIVM ontwikkelt de website in samenwerking met andere organisaties in de zorg die zowel de aanbieders (bijvoorbeeld ziekenhuizen en verzekeraars) als de vragers (patienten en consumenten) vertegenwoordigen. Opdrachtgever is het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De marketingdoelstellingen voor 2008 op het gebied van naamsbekendheid, bereik en waardering zijn gehaald. Wat de naamsbekendheid betreft neemt KiesBeter.nl de derde positie in van websites op het gebied van gezondheid en zorg. Wat het bezoekersaantal betreft staat de website op de eerste positie ten opzichte van vergelijkbare websites. De beoordeling van bezoekers zou nog wat beter kunnen, vooral over het gebruikersgemak. Volgens een enquete van TNS-NIPO oordeelden bezoekers vrij positief over de kwaliteit van de geboden informatie (circa 7.1). De bezoekersenquete gaf een minder gunstig beeld (circa 5.1). De marketingactiviteiten in 2008 waren voornamelijk gericht op professionals. In 2009 wordt deze strategie voorgezet. Eind 2009 of begin 2010 start een campagne om de naamsbekendheid onder burgers te vergroten, Aanleiding daarvoor is onder andere de lancering van een nieuwe versie van de website in 2009.
    Thumbnail

    Effecten van beleidsmaatregelen buiten het volksgezondheidsdomein op de gezondheid. Een verkennende studie

    Storm I; Jansen J; Schuit AJ (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-12-10)
    Er zijn diverse op aanbod en spreiding van voorzieningen gerichte en juridische maatregelen, en enkele economische en communicatieve maatregelen buiten het volksgezondheidsdomein die de (determinanten van) gezondheid van de bevolking kunnen beinvloeden. Een deel van deze maatregelen is nog niet, of slechts op kleine schaal, in Nederland ingevoerd en kan bij invoering potentieel gezondheidswinst opleveren. Dit blijkt uit een verkennende literatuurstudie van het RIVM waarin onderzocht is wat het effect is van maatregelen buiten het volksgezondheidsdomein op de gezondheid van de bevolking. Van de meeste onderzochte maatregelen is de effectiviteit onvoldoende bekend. Dit komt omdat het niet onderzocht is of omdat de bewijslast voor effectiviteit inconsistent is. Veel kennis over effectiviteit komt uit het buitenland en het is nog onvoldoende bekend in hoeverre deze maatregelen ook in Nederland werkzaam zijn. Dit vergt dus nader onderzoek. Gezondheid wordt beinvloed door veel verschillende factoren, zoals omgevingskenmerken of economische en technologische ontwikkelingen, die buiten de scope van het volksgezondheidsbeleid vallen. Beleidsmaatregelen van andere sectoren kunnen daarom indirect een potentieel positief of negatief effect hebben op de gezondheid. Deze studie geeft geen inzicht in de relatieve bijdrage van de beleidsmaatregelen op gezondheid, omdat dit afhangt van de grootte van de effecten en de relatie tussen de determinant en gezondheid, maar het biedt wel inzicht in kansrijke samenwerkingsverbanden tussen de sector volksgezondheid en andere beleidssectoren die van invloed zijn op de gezondheid.
    Thumbnail

    Leefstijl en arbeid in balans. Een literatuurstudie naar de invloed van leefstijlfactoren en (sub)cultuur op gezondheid, ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid en productiviteit

    Eysink PED; Hamberg-van Reenen HH; Lambooij MS (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-05-14)
    Informatie over de gevolgen van een ongezonde leefstijl van werknemers op ziekteverzuim, arbeidsongeschiktheid en verlies aan productiviteit is in Nederland beperkt voor handen. Met name wanneer gekeken wordt naar subgroepen van werknemers, aan de hand van bijvoorbeeld opleidingsniveau of etniciteit, kan van kennisleemten gesproken worden. Onderzoek naar leefstijlfactoren in relatie tot ziekten beperkt zich meestal tot de algemene bevolking; er wordt weinig onderzoek uitgevoerd binnen de (Nederlandse) beroepsbevolking. Dit blijkt uit een literatuuronderzoek van het RIVM, dat is uitgevoerd in opdracht van de ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken. Deze ministeries kunnen de gesignaleerde kennisleemten gebruiken om vervolgonderzoek uit te zetten. Het uiteindelijke doel is werknemers zo lang mogelijk in goede gezondheid aan het werk te houden. Dit is van belang omdat de arbeidsmarkt de komende jaren door de vergrijzing krapper zal worden. Preventieve leefstijlinterventies op de werkplek zijn een manier om de gezondheid van werknemers te verbeteren en het ziekteverzuim terug te dringen. Er zijn echter nog weinig studies waarin het effect van deze interventies op ziekteverzuim in Nederland is onderzocht. Ongunstig gedrag, zoals roken, overmatig alcoholgebruik en weinig bewegen, heeft invloed op de gezondheid van werknemers en bepaalt direct en indirect de prestaties van werknemers. Uit buitenlandse studies blijkt dat werknemers met een ongezonde leefstijl over het algemeen vaker verzuimen dan werknemers met een gezonde leefstijl. Ook lijkt het erop dat een ongezonde leefstijl leidt tot meer arbeidsongeschiktheid en een lagere arbeidsproductiviteit.
    Thumbnail

    Gebruik en waardering van kiesBeter.nl in 2007

    Graaf ML van der; Colijn JJ (2009-03-26)
    In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport werkt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu aan de zorgportal kiesBeter.nl. Deze publieke portal verschaft burgers inzicht in de keuzes die ze kunnen maken in de zorg en biedt ze hiertoe relevante informatie. Vandaar de slogan "KiesBeter.nl wijst u de weg in de zorg". Dit rapport bespreekt de resultaten die zijn behaald in 2007. In de 2007 bezochten bijna 2.000.000 mensen de site. De naamsbekendheid van kiesBeter.nl is in het laatste kwartaal 2007 bijna 16%. De meeste marketingdoelstellingen voor 2007 op het gebied van bereik, naamsbekendheid, waardering en nut zijn behaald. De marketingactiviteiten in 2007 waren voornamelijk gericht op professionals (intermediairen). In 2008 wordt deze strategie voorgezet.
    Thumbnail

    Health impact assessment of policy measures for chemicals in non-food consumer products

    Schuur G; Preller L; ter Burg W; Kroese D; van Engelen J; Bausch-Goldbohm S; van Kranen H; Kramers P; van Raaij M (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-01-08)
    Beleidsmaatregelen op chemische stoffen in consumentenproducten leiden tot minder blootstelling aan deze stoffen bij mensen. Maar in hoeverre zijn deze maatregelen effectief om gezondheidseffecten te verminderen? Voor het eerst is van negen stoffen in consumentenproducten berekend hoe groot de gevolgen zijn voor de gezondheid. Inderdaad mag voor de meeste van deze stoffen worden verwacht dat minder Nederlanders negatieve gezondheidseffecten zullen ondervinden. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM en TNO Kwaliteit van Leven, in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). De gezondheidswinst is uitgedrukt in 'Disability Adjusted Life Years' (DALY's). Het aantal DALY's is het aantal gezonde levensjaren dat een bevolking verliest als gevolg van ziekte of vroegtijdig overlijden. Het onderzoek heeft ook duidelijk gemaakt dat het niet zonder meer mogelijk is gezondheidseffecten voor de bevolking te berekenen, ondanks uitgebreide kennis en ervaring met de risicobeoordeling van stoffen. Bepaalde schadelijke effecten die in proefdieren zijn waargenomen, zijn zeer geschikt voor risicobeoordeling en normstelling, maar zijn niet direct te vertalen naar 'ziekte' bij mensen. Ook het tijdstip waarop een 'ziekte' zich manifesteert is moeilijk vast te stellen. Soortgelijke berekeningen zouden vooral gebruikt moeten worden om prioriteiten bij maatregelen te stellen: onderscheid wordt gemaakt tussen beleidsmaatregelen die erg weinig en die veel gezondheidswinst opleveren. Behalve DALY's zijn andere aspecten van belang voor het beleid, zoals de afname van de blootstelling aan de stof, het aantal betrokken consumenten, maatschappelijke consequenties en de perceptie van het risico bij de consument.
    Thumbnail

    Kosteneffectiviteit van preventie en zorg. Vergelijking preventieve en curatieve interventies

    Hamberg-van Reenen HH; Bovendeur I; Feentra TL; van den Berg M (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-07-02)
    Een literatuurverkenning naar de vergelijkbaarheid tussen kosteneffectiviteitanalyses van preventieve en curatieve interventies. De kosteneffectiviteitsanalyses van preventieve en curatieve interventies, zoals die in de gezondheidseconomische literatuur worden gerapporteerd, zijn niet zonder meer met elkaar te vergelijken. Het blijkt niet mogelijk om een algemene uitspraak te doen over wat nu doelmatiger is: preventie of zorg. Zowel voor preventieve als curatieve interventies worden gunstige en minder gunstige kosteneffectiviteitsratio's gerapporteerd. Dit blijkt uit een literatuurverkenning, waarbij voor de ziektebeelden beroerte en dikkedarmkanker de kosteneffectiviteit van interventies op verschillende momenten in de keten van preventie naar zorg in kaart is gebracht. Deze verkenning is voortgekomen uit een vraag van het ministerie van VWS naar de vergelijkbaarheid van kosteneffectiviteitsanalyses van preventieve en curatieve interventies. Zowel voor beroerte als dikkedarmkanker worden in de literatuur op enkele aspecten van kosteneffectiviteitsanalyses (uitkomstmaat, referentiescenario, tijdshorizon, discontovoet, onderzoeksmodel en presentatie van onzekerheid) grote onderlinge verschillen tussen de preventieve en curatieve interventies gevonden. Het is daarom niet direct mogelijk om op basis van de resultaten uit meerdere kosteneffectiviteitsanalyses een afgewogen uitspraak te doen over de optimale verdeling van het gezondheidszorgbudget over preventieve of curatieve interventies. Om de onderlinge vergelijkbaarheid groter te maken is een extra stap nodig, zoals het aanbrengen van restricties bij het opzetten van nieuwe kosteneffectiviteitsanalyses, het op een gedegen manier interpreteren, samenvatten en wegen van de bestaande literatuur en het toepassen van correcties op onvergelijkbare aspecten.
    Thumbnail

    Kosteneffectiviteit van preventie. Van gezondheidszorgperspectief naar maatschappelijk perspectief

    van Baal PHM; Feenstra TL; Polder JJ; Tariq L; Jama W; van den Berg M (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-07-23)
    Kosteneffectiviteitsanalyses (KEA's) uitgevoerd vanuit het maatschappelijk perspectief hebben een toegevoegde waarde voor beleidsmakers in de gezondheidszorg. Een belangrijke vraag is welke preventieve interventies de moeite waard zijn om op grote schaal te worden ingevoerd. Een belangrijke graadmeter daarvoor is de kosteneffectiviteit: hoeveel gezondheidswinst levert de investering in een bepaalde interventie op? In kosteneffectiviteitsanalyses wordt dit uitgerekend. Daarbij rijst echter de vraag vanuit welk perspectief de kosten en effecten moeten worden beschouwd. Is dat het perspectief van de gezondheidszorg of is een maatschappelijk perspectief gewenst? Dit rapport gaat over het perspectief van de KEA. We beschrijven de belangrijkste overeenkomsten en verschillen tussen het gezondheidszorgperspectief en het maatschappelijk perspectief. Omdat veel preventieve interventies effecten hebben buiten de zorgsector en de verdeling van het zorgbudget onderdeel is van een groter verdelingsvraagstuk pleiten wij ervoor om in de toekomst KEA-resultaten te presenteren vanuit het gezondheidszorgperspectief in het maatschappelijk perspectief. Het hanteren van het maatschappelijk perspectief heeft echter behoorlijke consequenties, zowel voor de kosten en effecten die dienen te worden meegenomen alsmede de economische waardering van deze kosten en effecten. Dit heeft belangrijke consequenties voor het kosteneffectiviteitsonderzoek op het RIVM. Er zal moeten worden geinvesteerd in methoden om de langetermijneffecten van preventieve interventies op productiviteit en informele zorg te kwantificeren.
    Thumbnail

    Uitgavenmanagement in de zorg. Het effect van disease management en preventie op de zorguitgaven

    Boom JHC; Heijink R; Struijs JN; Baan CA; Polder JJ (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-05-04)
    Onderzoek toont aan dat zowel preventie als disease management (DiM) een positief effect kunnen hebben op het voorkomen van en de behandeling van chronisch zieken. Preventie richt zich op het voorkomen van bepaalde risicofactoren en ziekten en in DiM-programma's wordt de zorg door verschillende behandelaars en instellingen beter op elkaar afgestemd. Zeker wanneer de verhouding tussen gezondheidswinst en kosten van preventie of een DiM-programma gunstig is, is het de moeite waard om te investeren in DiM en preventie. Dit hoeft echter nog niet te betekenen dat daardoor de totale zorguitgaven lager uitvallen. Over de relatie tussen zorguitgaven en DiM komt uit de wetenschappelijke literatuur voor vrijwel alle ziekten een wisselend en zeer divers beeld naar voren. Daar komt nog bij dat de studies vaak onvolledig zijn en methodologische verschillen een grote rol spelen. Het is op grond van de literatuur daarom niet duidelijk of DiM de kosten zal verhogen of verlagen. Van preventie kan met meer zekerheid worden gezegd dat op lange termijn geen grote kostenbesparingen verwacht mogen worden. Een aantal vaccinaties, accijnzen en gerichte preventieve interventies (op hoogrisicogroepen) vormen hierop een gunstige uitzondering. De zorg rond chronisch zieken is gefragmenteerd waardoor het risico bestaat dat chronisch zieken geen optimale zorg krijgen. Om de zorg voor chronisch zieken te optimaliseren en de groeiende zorglast door de vergrijzing het hoofd te kunnen bieden, zijn maatregelen nodig om de kwaliteit van de zorg voor chronisch zieken te verbeteren en preventie te stimuleren. Preventie en DiM moeten dan ook in de eerste plaats worden geevalueerd op basis van hun doelmatigheid en niet op het effect op zorguitgaven. In dit rapport worden de volgende ziekten besproken: beroerte, borstkanker, diabetes mellitus, hartfalen, COPD en depressie. Daarnaast worden vaccinaties en de preventie van obesitas behandeld.
    Thumbnail

    Indicatoren voor de openbare gezondheidszorg. Ontwikkeling van indicatoren uit de IGZ-basisset 2007

    Gijsen R; Post NAM; Witte KE; Bovendeur I; Kommer GJ; de Koning JS (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-06-23)
    Het RIVM heeft een methodiek gemaakt waarmee indicatoren voor de openbare gezondheidszorg (OGZ) kunnen worden ontwikkeld of verbeterd. Indicatoren worden steeds vaker gebruikt om inzicht te krijgen in de kwaliteit van de gezondheidszorg. Vervolgens is de methodiek toegepast op een aantal bestaande indicatoren uit de basisset 2007 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Het betreft psychosociale problemen (0-19 jaar), kindermishandeling, 'lui oog' (amblyopie) en ventilatie van woningen en scholen. Het onderzoek is in opdracht van de IGZ uitgevoerd. Indicatoren worden volgens de nieuwe methodiek in vier fasen ontwikkeld. Eerst worden het doel, de gebruikers, de focus en de onderwerpen van de indicatorset vastgesteld. Daarna worden de onderwerpen gespecificeerd en de bijbehorende kernactiviteiten beschreven. In de derde fase worden indicatoren geformuleerd en door deskundigen in het veld beoordeeld. Tot slot worden de indicatoren in de praktijk getest en geimplementeerd. Enkele voorbeelden van indicatoren voor de jeugdgezondheidszorg die volgens de nieuwe methodiek zijn ontwikkeld: de frequentie van genoemde gezondheidsproblemen vaststellen, deze gezondheidsproblemen vroegtijdig signaleren en kinderen die verwezen zijn naar een andere zorgverlener actief volgen. De ontwikkelde indicatoren over binnenmilieu beschrijven de frequentie waarin gezondheidsrisico's voorkomen en de afhandeling van meldingen van burgers of instanties over binnenmilieu. De voorgestelde methodiek bleek goed te voldoen om de indicatoren te ontwikkelen en te verbeteren. De ontwikkelde set indicatoren kan worden gebruikt om de gezondheidssituatie in de regio's te meten en om toezicht te houden op de kwaliteit van de door OGZ-organisaties geleverde zorg. Als algemene aanbeveling volgt uit dit onderzoek dat het verhelderend kan zijn een onderscheid te maken tussen volksgezondheidsindicatoren en kwaliteitsindicatoren.
    Thumbnail

    Prestatie-indicatoren voor de spoedeisende keten

    Gijsen R; Kommer GJ; Kramer AJW; de Koning JS; Gijsen R (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2009-08-18)
    Het RIVM heeft een samenhangende set prestatie-indicatoren ontwikkeld voor de keten van spoedeisende zorg. De indicatoren kunnen inzichtelijk maken waar in deze sector risico's bestaan op slechte kwaliteit en onveiligheid. De indicatoren zijn in opdracht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) ontwikkeld en kunnen de IGZ ondersteunen bij haar toezichttaken. Aanleiding voor dit onderzoek waren geconstateerde tekortkomingen in de spoedeisende keten. Dit rapport beschrijft hoe de set van prestatie-indicatoren tot stand is gekomen. De set bestaat uit 26 indicatoren, waarvan de indicatoren voor traumazorg in samenwerking met het VU Medisch Centrum zijn ontwikkeld. Bij de ontwikkeling van de indicatoren zijn deskundigen uit het hele veld van de spoedeisende keten betrokken. De indicatoren zijn gericht op de toegankelijkheid, tijdigheid, veiligheid, effectiviteit en patientgerichtheid van de spoedeisende zorg voor patienten met een acuut hartinfarct, hartstilstand, acute beroerte en ernstig trauma. Daarnaast zijn indicatoren ontwikkeld voor algemene spoedeisende gezondheidsproblemen. Om de prestatie-indicatoren goed te kunnen meten ontbreekt evenwel belangrijke informatie. Dat komt omdat registratiesystemen ontbreken die belangrijke gegevens over de patient en de uitgevoerde verpleegkundige en medische handelingen vastleggen. Een sterke verbetering van de registratiesystemen is dan ook gewenst. Hier ligt een taak voor de wetenschappelijke verenigingen en brancheorganisaties. Pas als de informatievoorziening verbeterd is, kunnen de indicatorgegevens daadwerkelijk worden verzameld en kan de kwaliteit daarvan verder worden onderzocht.
    • 1
    • 2
    DSpace software (copyright © 2002 - 2019)  DuraSpace
    Quick Guide | Contact Us
    Open Repository is a service operated by 
    Atmire NV
     

    Export search results

    The export option will allow you to export the current search results of the entered query to a file. Different formats are available for download. To export the items, click on the button corresponding with the preferred download format.

    By default, clicking on the export buttons will result in a download of the allowed maximum amount of items.

    To select a subset of the search results, click "Selective Export" button and make a selection of the items you want to export. The amount of items that can be exported at once is similarly restricted as the full export.

    After making a selection, click one of the export format buttons. The amount of items that will be exported is indicated in the bubble next to export format.