• Login
    Search 
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

    Browse

    All of WARPCommunitiesTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartmentThis CommunityTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartment

    My Account

    LoginRegister

    Filter by Category

    Subjects
    02 (2)
    epidemiologie (2)
    epidemiology (2)
    detectie (1)diagnosis (1)View MoreAuthorsAZU (1)Borleffs JCC (1)Bruin KM de (1)Meijer A (1)Roosendaal G (1)View MoreYear (Issue Date)
    1995 (2)
    TypesOnderzoeksrapport (2)

    Statistics

    Display statistics
     

    Search

    Show Advanced FiltersHide Advanced Filters

    Filters

    Now showing items 1-2 of 2

    • List view
    • Grid view
    • Sort Options:
    • Relevance
    • Title Asc
    • Title Desc
    • Issue Date Asc
    • Issue Date Desc
    • Results Per Page:
    • 5
    • 10
    • 20
    • 40
    • 60
    • 80
    • 100

    • 2CSV
    • 2RefMan
    • 2EndNote
    • 2BibTex
    • Selective Export
    • Select All
    • Help
    Thumbnail

    Osteoporose in Nederland. Ontwikkelingen in de kennis van de epidemiologie, etiologie en mogelijkheden voor preventie

    Bruin KM de (1995-01-31)
    In dit rapport is de stand van zaken weergegeven met betrekking tot de etiologie, determinanten en mogelijkheden voor preventie van osteoporose door middel van interventie op leefstijlfactoren. Er is zowel aandacht besteed aan mogelijkheden voor primaire, secundaire en tertiaire preventie. Osteoporose wordt gedefinieerd als een toestand waarbij de hoeveelheid botweefsel (botmassa), en meestal ook de samenhang daarvan, zodanig is verminderd dat al bij een geringe aanleiding inzakkingen van wervels of breuken in het skelet optreden. De aandoening komt met name veel voor bij oudere vrouwen. Bij een verouderde bevolking met een sterke toename van het aantal bejaarde vrouwen vormen osteoporose en de daaraan gerelateerde fracturen een groeiende belasting voor de gezondheidszorg. Er zijn verschillende leefstijlfactoren bekend die invloed hebben op de botmassa. De belangrijkste factoren zijn de inname van calcium en vitamine D en lichamelijke activiteit. Calcium wordt opgeslagen in het bot. Voor de opbouw van het bot is een goede calciumbalans en voldoende inname van calcium noodzakelijk. Een actieve metaboliet van vitamine D stimuleert de opname van calcium in de darm en stimuleert de osteoblasten, cellen betrokken bij de aanmaak van bot. Ook lichamelijke activiteit stimuleert de opbouw van het bot. Het is nog niet mogelijk de verloren botmassa bij osteoporose door middel van behandeling weer op te bouwen. Primaire preventie, het voorkomen dat osteoporose ontstaat, is daarom van belang. Primaire preventie is erop gericht dat de inname van calcium en vitamine D en de mate van lichamelijke activiteit gedurende het hele leven voldoende is omdat deze factoren bijdragen aan het bereiken van een zo hoog mogelijke piekbotmassa en het instandhouden van de botmassa. Bij grote delen van de bevolking lijkt de inname van calcium en vitamine D voldoende te zijn, maar vooral bij ouderen kan de inname van calcium en vitamine D te gering zijn. Extra aandacht hiervoor is gewenst. Een tweede belangrijk aandachtspunt voor primaire preventie van osteoporose is stimulering van lichamelijke activiteit in de hele bevolking. Een groot gedeelte van de bevolking is inactief. Terugdringing van het percentage inactieven kan er toe bijdragen dat osteoporose minder vaak voorkomt. Voor secundaire preventie van osteoporose (screening) lijkt de tijd nog niet geheel rijp vanwege met name verschillen in mening over de suppletie van oestrogenen bij vrouwen in de menopauze. Osteoporose komt relatief veel voor bij vrouwen na de menopauze. De groep met het grootste risico wordt gevormd door vrouwen met een lage botmassa voor de menopauze. Oestrogeensuppletie kan het verlies van botmassa vertragen. De effecten van toediening van oestrogenen op het ontstaan van borst- en endometriumkanker (met name borstkanker) en het beschermende effect van oestrogenen op het ontstaan van hart- en vaatziekten zijn echter nog niet duidelijk. Daarnaast is nog onduidelijk in hoeverre de botmassa voor de menopauze, gemeten met botdensitometrie, het risico op het ontstaan van fracturen op latere leeftijd kan voorspellen. Verder onderzoek hierna is zeker gewenst en kan in de toekomst mogelijk meer duidelijkheid verschaffen. In de behandeling van osteoporose, tertiaire preventie, staat het voorkomen van verder botverlies en het optreden van fracturen centraal. Hierbij is het gebruik van medicijnen belangrijk, maar ook adviezen over voldoende inname van calcium en vitamine D zijn van belang. Verder is de behandeling gericht op het optimaliseren van het functioneren van de patient bij blijvende beschadiging van het skelet. Mensendieck en Ceasartherapie worden hierbij aanbevolen. Ook kan fysiotherapie worden toegepast. Lichamelijke activiteit verhoogt de soepelheid en bewegingscoordinatie en spierkracht waardoor de kans op vallen en het ontstaan van fracturen wordt verlaagd. Stimulering en verdere ontwikkeling van de rol van leefstijlfactoren in de behandeling van osteoporose en het voorkomen van vallen worden dan ook aanbevolen.
    Thumbnail

    Development of molecular methods for detection and epidemiological investigation of HIV-1, HIV-2, and HTLV-I/II infections

    Meijer A; Borleffs JCC; Roosendaal G; van Loon AM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 1995-01-31)
    Het onderzoek dat hier wordt gepresenteerd werd gestart om de mogelijkheden van moleculaire methoden voor detectie en epidemiologisch onderzoek van HIV en HTLV infecties te onderzoeken. We presenteren de resultaten van een literatuurstudie en beschrijven de ontwikkeling en gedeeltelijke evaluatie van een PCR methode voor de amplificatie van RNA en DNA sequenties van HIV-1 pol, env en gag, HIV-2 ltr en HTLV-I/II tax/rex genen. Voor de amplificatie van viraal RNA werden de monsters behandeld met guanidine thiocyanaat en natrium-lauryl-sarcosinaat om het virus kapot te maken en om RNAses te inactiveren. Paramagnetische bolletjes werden gebruikt om het RNA te extraheren gevolgd door solid-phase reverse-transcriptie voor cDNA synthese. Een twee-staps PCR protocol werd gebruikt voor de amplificatie van DNA of cDNA, waarbij het produkt van de eerste PCR verder wordt geamplificeerd in een tweede PCR met nested primers gecombineerd met een touch-down temperatuur protocol, om de gevoeligheid en specificiteit te verhogen. Een pilotstudie laat zien dat in alle perifere bloed mononucleaire cellen (PBMC) monsters van zeven HIV-1 geinfecteerde individuen uit CDC klasse II, proviraal HIV-1 detecteerbaar was gebruik makend van drie primersets. HIV-1 RNA was detecteerbaar in plasma van 10 van vijftien HIV-1 geinfecteerde individuen uit CDC klasse II. Samen met gegevens uit de literatuur geven onze resultaten een indicatie dat PCR methoden bruikbaar zijn voor detectie van HIV infecties als toegevoegde methode aan de conventionele methoden zoals de enzym-immunoassays en de westernblot. Ze zijn speciaal geschikt als met de conventionele methoden geen duidelijke diagnose gesteld kan worden, zoals bijvoorbeeld bij borelingen van HIV geInfecteerde moeders, bij het volgen van de hoeveelheid aanwezig virus en bij patienten met een idiopatische CD4+ T-lymfocytopenie. Met dezelfde methode zijn HIV-2 en HTLV-I RNA en DNA sequenties geamplificeerd. Echter, deze methoden moeten nog klinisch geevalueerd worden. Deze nieuw ontwikkelde methode is mogelijk bruikbaar voor moleculair epidemiologische studies omdat het produkt van de HIV-1 env np-PCR, het V3 variabele gebied van glycoproteine gp120 gen, direct te sequencen was. Echter, moleculaire epidemiologie moet uitgevoerd worden op het nivo van moleculaire kloons van het virus in meer dan een gebied van het virale genoom. Voor moleculair epidemiologische studies van HIV-1 zijn, bijvoorbeeld, de variabele gebieden V3, V4 en V5 van het gp120 gen geschikte kandidaten. Veelbelovende methoden om materialen voor PCR en serologie bij epidemiologische veldstudies te verkrijgen zijn het gebruik van vingerprik-bloed op filter papier en van speeksel afname. Verdere studies zijn nodig om de waarde van deze methoden in moleculair epidemiologisch onderzoek vast te stellen.<br>
    DSpace software (copyright © 2002 - 2019)  DuraSpace
    Quick Guide | Contact Us
    Open Repository is a service operated by 
    Atmire NV
     

    Export search results

    The export option will allow you to export the current search results of the entered query to a file. Different formats are available for download. To export the items, click on the button corresponding with the preferred download format.

    By default, clicking on the export buttons will result in a download of the allowed maximum amount of items.

    To select a subset of the search results, click "Selective Export" button and make a selection of the items you want to export. The amount of items that can be exported at once is similarly restricted as the full export.

    After making a selection, click one of the export format buttons. The amount of items that will be exported is indicated in the bubble next to export format.