• Login
    Search 
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    •   Home
    • RIVM official reports
    • Search
    JavaScript is disabled for your browser. Some features of this site may not work without it.

    Browse

    All of WARPCommunitiesTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartmentThis CommunityTitleAuthorsIssue DateSubmit DateSubjectsPublisherDepartment

    My Account

    LoginRegister

    Filter by Category

    Subjects02 (55)GEZONDHEID (38)preventie (25)zorg (18)prevention (17)View MoreAuthors
    VTV (119)
    Achterberg PW (17)Polder JJ (17)PZO (16)Kommer GJ (15)View MoreYear (Issue Date)2008 (23)2006 (14)2007 (13)2001 (12)2009 (12)Types
    Onderzoeksrapport (119)

    Statistics

    Display statistics
     

    Search

    Show Advanced FiltersHide Advanced Filters

    Filters

    Now showing items 21-30 of 119

    • List view
    • Grid view
    • Sort Options:
    • Relevance
    • Title Asc
    • Title Desc
    • Issue Date Asc
    • Issue Date Desc
    • Results Per Page:
    • 5
    • 10
    • 20
    • 40
    • 60
    • 80
    • 100

    • 119CSV
    • 119RefMan
    • 119EndNote
    • 119BibTex
    • Selective Export
    • Select All
    • Help
    Thumbnail

    Gezond actief: de relatie tussen ziekten, beperkingen en maatschappelijke participatie onder Nederlandse ouderen

    Hoeymans N; Timmermans JM; de Klerk MMY; de Boer AH; Deeg DJH; Poppelaars JL; Thissen F; Droogleever Fortuijn JC; de Hollander AEM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2005-10-10)
    Op verzoek van de Gezondheidsraad heeft het RIVM onderzoek gedaan naar de samenhang tussen ziekten, beperkingen en maatschappelijke participatie. De uitkomsten van dit onderzoek laten er weinig twijfel over bestaan dat ziekte de deelname aan het maatschappelijke leven flink vermindert. Dit hangt vooral samen met functionele beperkingen die gepaard gaan met ziekten. Zo neemt het verrichten van vrijwilligerswerk sterk af bij die aandoeningen die de mobiliteit aantasten, zoals een beroerte of aandoening van het bewegingsapparaat. Vaak gaat echter de persoonlijke betrokkenheid bij de samenleving wel door. Mensen met een psychische aandoening participeren het minst. Dit geldt bovendien voor alle vormen van participatie, ook voor bijvoorbeeld het onderhouden van contacten. Epidemiologische verkenningen laten een toename zien van chronische ziekten, waarmee in principe ook mogelijkheden voor participatie verminderen. Deze toename van aandoeningen lijkt echter niet iin op iin gepaard te gaan met een toename van beperkingen. Kennelijk slaagt men er steeds beter in beperkingen terug te dringen. Als deze trend doorzet, verbeteren tegelijkertijd de participatiemogelijkheden van ouderen en chronisch zieken. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van drie onderzoeken bij ouderen van 55 jaar en ouder: het 'Aanvullend Voorzieningengebruik Onderzoek' van het Sociaal en Cultureel Planbureau, de 'European Study of Adult Well-being' van de UvA, en de 'Longitudinal Ageing Study Amsterdam' van de VU. Deze onderzoeken bevatten zowel informatie over ziekten en beperkingen als over maatschappelijke participatie. Bij maatschappelijke participatie gaat het om persoonlijke betrokkenheid bij de samenleving (zoals recreatieve en culturele activiteiten), en om participatie met een direct maatschappelijk nut (zoals betaalde arbeid en vrijwiligerswerk).
    Thumbnail

    Gezondheid op Koers? Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2002

    van Oers JAM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2002-11-21)
    De derde Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) bevat opnieuw een grote hoeveelheid actuele informatie over volksgezondheid, preventie en zorg in Nederland. Vergeleken met de ons omringende landen gaat het met de gezondheid in Nederland minder goed. Onze levensverwachting is weliswaar toegenomen, maar minder snel dan in de meeste andere EU-landen. Het relatief ongezonde gedrag is de belangrijkste oorzaak van deze stagnatie. Een nieuwe, krachtige preventieaanpak kan dit ongunstige tij keren. Naast versterking van de preventie zal in de toekomst door groei en vergrijzing meer zorg nodig zijn. Bovendien is hierbij een verdere verschuiving van genezing naar verzorging nodig. Het gaat echter niet alleen om meer zorg, maar ook om goede zorg: effectief, veilig en toegankelijk voor iedereen. De informatie in de VTV-2002 is niet alleen van belang voor VWS; ook voor lokale overheden, andere ministeries en de verschillende partijen in het zorgveld kan het een waardevolle informatiebron zijn. Dit rapport maakt deel uit van de VTV-2002. Naast dit samenvattend rapport zijn reeds verschillende VTV-themarapporten verschenen, over uiteenlopende onderwerpen als gezondheid in de grote steden, bevorderen van gezond gedrag, geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, ouder- en kindzorg en kosten van ziekten. Bovendien maken drie websites deel uit van de VTV: het Nationaal Kompas Volksgezondheid (www.nationaalkompas.nl), de Nationale Atlas Volksgezondheid (www.zorgatlas.nl) en de Kosten-van-Ziektenwebsite (www.kostenvanziekten.nl).<br>
    Thumbnail

    Ontwerprapport kiesBeter.nl 2006-2007

    Loon AJM van; Tolboom RAL (eds) (2006-07-28)
    KiesBeter.nl is de publieke zorgportal die burgers antwoorden biedt op al hun vragen op het gebied van gezondheid en zorg. KiesBeter.nl is een initiatief van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De uitvoering is in handen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Dit initiatief schept de voorwaarden voor een goedgeinformeerde, kiezende burger, die een steeds centralere rol speelt in het beleid op dit gebied. Dit rapport schetst de verdere ontwikkeling van kiesBeter.nl voor de periode 2006-2007. De inspanningen van de portalorganisatie zijn met name gericht op de vraaggerichtheid, betrouwbaarheid, eenvoud en samenhang van de gepresenteerde informatie. Eind 2005 kan informatie over ziekenhuizen, zorgverzekeringen, medicijnen, patientenbelangen en medische informatie via kiesBeter.nl geraadpleegd worden. In 2006 en 2007 wordt kiesBeter.nl verder uitgebreid met informatie over onder meer huisartsen, fysiotherapeuten, verpleeg- en verzorgingshuizen, thuiszorg, geestelijke gezondheidszorg en gehandicaptenzorg. In 2006 wordt tevens een overkoepelende aanpak ontwikkeld die nog dichter aansluit bij de vragen van de gebruiker. Deze zal structuur geven aan de portalhomepage en de koppeling met de informatie op de diverse onderdelen. Ook zal vanaf 2006 de dienstverlening uitgebreid worden. Burgers kunnen dan niet alleen de website raadplegen, maar ook gebruik maken van een telefonische hulpdienst of binnenlopen bij een informatiepunt in de buurt.
    Thumbnail

    Kwaliteit van leven in het Nationaal Kompas Volksgezondheid. Een ziektespecifieke benadering

    Wolleswinkel-van den Bosch JH; Hoeymans FHGM; Treurniet HF (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2003-04-10)
    De doelstelling van dit onderzoek is het beschrijven van de gezondheid-gerelateerde kwaliteit van leven bij 53 ziekten en aandoeningen ten behoeve van het Nationaal Kompas Volksgezondheid, een van de websites van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning. Door middel van een literatuuronderzoek zijn per ziekte gegevens gezocht over kwaliteit van leven, zo mogelijk in relatie tot ziektekenmerken. De inventarisatie is beperkt tot generieke meetinstrumenten (met name de SF-36) afkomstig uit Nederlands onderzoek gepubliceerd in de periode 1990-2001. Voor 24 (45%) ziekten was het mogelijk om de kwaliteit van leven te beschrijven op basis van generieke meetinstrumenten. Voor 6 (11%) ziekten waren er alleen data beschikbaar op basis van ziektespecifieke instrumenten. Hier is volstaan met een verwijzing naar enkele kernpublicaties. Voor 23 (43%) ziekten was er geen informatie. Informatie over kwaliteit van leven van patienten kan in de toekomst verder aangevuld worden door nieuwe gegevens van omvangrijke bevolkingsstudies. Om de informatie over kwaliteit van leven beter toepasbaar te maken voor het beleid, zou meer informatie over ziektekenmerken gewenst zijn.<br>
    Thumbnail

    Kosten van ziekten in Nederland 2003. Zorg voor euro's - 1

    Slobbe LCJ; Kommer GJ; Smit JM; Groen J; Meerding WJ; Polder JJ (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2006-06-06)
    In 2003 werd in Nederland 57,5 miljard euro aan de gezondheidszorg uitgegeven, hetgeen overeenkomt met ongeveer 12% van het bruto binnenlands product. Per inwoner ging het om een bedrag van 3.550 euro. Dit rapport beschrijft hoe deze zorgkosten samenhangen met kenmerken van zorggebruikers als ziekte (diagnosegroep), leeftijd en geslacht, het aanbod van zorg (sectoren en zorgfuncties) en de financiering. Van de totale zorgkosten kon 82,5% aan een ziekte worden toegewezen. Psychische stoornissen zijn met 12,7 miljard euro de duurste diagnosegroep. Hierin zijn ook de kosten van verstandelijke handicaps en dementie opgenomen. Op afstand volgen ziekten van het hartvaatstelsel (5,3 miljard euro) en ziekten van het spijsverteringsstelsel (4,6 miljard euro). Symptomen en onvolledig omschreven ziektebeelden (4,2 miljard euro) en aandoeningen van het bewegingsstelsel en bindweefsel (3,9 miljard euro) completeren de top-5. De zorgkosten hangen sterk samen met de leeftijd, en lopen op tot gemiddeld meer dan 40.000 euro per inwoner van Nederland in de hoogste leeftijdsgroepen. Het aandeel van mannen in de totale zorgkosten van 2003 bedroeg 42% en van vrouwen 58%. Het verschil wordt veroorzaakt door de kosten van zwangerschap en geboorte en vooral ook door de hogere levensverwachting van vrouwen.het CBS. Naast dit perspectief zijn nog twee andere invalshoeken volledig uitgewerkt, namelijk het het Budgettair Kader Zorg (BKZ) van het ministerie van VWS en het System of Health Accounts (SHA) van de OECD.
    Thumbnail

    Trends en verkenningen van kosten van ziekten. Zorg voor euro's - 2

    Kommer GJ; Slobbe LCJ; Polder JJ (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2007-01-08)
    In dit rapport staat de ontwikkeling van de zorgkosten centraal. De kostenstijging tussen 1994 en 2003 is geanalyseerd vanuit een ziektespecifieke invalshoek. Daarbij is ook gekeken naar de rol van leeftijd en leeftijdspecifieke trends. In de periode 1994-1999 stegen de uitgaven aan de zorg met gemiddeld 5,1% per jaar. In de periode 1999-2003 was dit 9,7%. Een groot deel hiervan kwam door prijs- en loonontwikkelingen. In de twee periodes steeg de volumegroei van 2,3 naar 4,0%. De volumegroei werd onder andere veroorzaakt door de overgang van aanbod- naar vraaggestuurde zorg en maatregelen die zijn genomen om wachtlijsten in de zorg weg te werken. Deze resultaten zijn gebruikt in verkenningen van de toekomstige zorguitgaven. Bij een zorgvuldige analyse van de kostenontwikkelingen valt op dat demografische veranderingen een beperkte invloed hebben. Het gaat om een toename van het zorgvolume met ongeveer een procent per jaar. In de komende decennia vormt de vergrijzing daarvan de belangrijkste component. Bij een toename van de levensverwachting zal deze volumegroei iets afzwakken, omdat hoge kosten van het laatste levensjaar worden uitgesteld. Ook wanneer bepaalde leeftijdsspecifieke trends zich doorzetten is een wat lagere groei mogelijk, maar in dat geval worden verschuivingen tussen zorgsectoren als gevolg van de vergrijzing wel versterkt. De invloed van gezond gedrag zal beperkt zijn. Dalende kosten voor gedragsgerelateerde ziekten worden gecompenseerd door hoge kosten voor ouderdomskwalen.
    Thumbnail

    Recente perinatale sterftetrends in Nederland: 2000-2005. Zicht op verbetering?

    Achterberg PW; Waelput AJM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2008-03-07)
    In vergelijking met voorgaande jaren lieten de perinatale sterftecijfers van het CBS in 2004 een relatief sterke daling zien. Ondanks een lichte stijging in 2005 is over een iets langere periode (2000 2004/2005) een licht dalende trend in perinatale sterfte zichtbaar. De relatief sterke daling in perinatale sterfte 2004 kan zijn ontstaan door statistische schommelingen. Voor een mogelijke andere verklaring van de daling in 2004 is gekeken naar trends in onderliggende risicofactoren. In de periode 2000 2005 trad een lichte stijging op in het aandeel geboortes bij oudere moeders (35+) en bij niet westers allochtone moeders. Overgewicht bij zwangere vrouwen nam waarschijnlijk ook toe, maar daarover ontbreken cijfers. Dit zijn ongunstige invloeden op het perinatale sterfterisico. Enkele factoren uit zorg en preventie met een mogelijk gunstige invloed op de perinatale sterfte lijken daarentegen te zijn verbeterd. Eerdere capaciteitstekorten op de neonatale intensive care zijn verminderd, het beleid bij stuitligging is gewijzigd en bij IVF wordt vaker een embryo teruggeplaatst in plaats van meerdere. Er zijn aanwijzingen dat zwangere vrouwen minder roken. Mogelijk is er sprake van verbetering in foliumzuurinname bij aanstaande moeders. De gesignaleerde verbeteringen in zorg, preventie en leefstijl compenseren vooralsnog de eerder genoemde toename in risicofactoren, maar voor een verdere daling van de perinatale sterfte zijn verdere verbeteringen in kwaliteit van perinatale zorg en preventie nodig.
    Thumbnail

    Indeling van diagnosen en verrichtingen en toepassing in nieuwe statistieken over ziekenhuisopnamen

    Slobbe LCJ; de Bruin A; Westert GP; Kardaun JWPF; Verweij GCG; Kardaun JWPF; Verweij GCG (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2004-10-27)
    Koppelen van opnamegegevens van ziekenhuizen aan de bevolkingsadministratie biedt nieuwe mogelijkheden voor wetenschappelijk onderzoek naar de epidemiologie van ziektes. Uit een proefbestand berekende incidenties blijken goed overeen te komen met literatuurwaarden, voor een brede groep aandoeningen. De koppeling maakt het ook mogelijk om op termijn het gebruik van ziekenhuiszorg uit te splitsen naar maatschappelijke doelgroepen. Deze studie is uitgevoerd in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek. Hoofddoel van de studie was de selectie van diagnoseindelingen, welke gebruikt zullen worden in nieuwe gezondheidsstatistieken. Tevens werd een methode ontwikkeld om gewenste uitkomstmaten voor ziekenhuiszorg te berekenen uit de beschikbare databestanden. Tenslotte zijn proefberekeningen uitgevoerd voor geselecteerde ziektes. De gebruikte data zijn afkomstig uit de 'Landelijke Medische Registratie'. Vrijwel alle Nederlandse ziekenhuizen leveren gegevens aan voor deze registratie. Drie diagnose-indelingen zijn geselecteerd voor rapportage, waarbij zowel op nationale als internationale bruikbaarheid is gelet. Het gaat om de volgende indelingen: (1) De diagnose- en verrichtingen indeling ontwikkeld in het Hospital Data Project. Deze is ontwikkeld door een brede projectgroep, met deelnemers uit 16 Europese landen, en met participatie van de Wereldgezondheidsorganisatie. (2) De lijst van belangrijke doodsoorzaken zoals gebruikt in de Nederlandse doodsoorzakenstatistiek. (3) De diagnose-indeling zoals gebruikt in het Nationaal Kompas Volksgezondheid van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
    Thumbnail

    Economic evaluation of prevention. Modelling the cost-effectiveness of increasing alcohol taxes and of prevention of major depression

    van Baal PHM; van den Berg M; Tariq L; Hoogenveen RT; Schoemaker CG; Schuit AJ; de Wit GA (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2008-07-10)
    Accijnsverhogingen op alcohol en een vroegtijdige opsporing van depressies leveren veel gezondheidswinst op tegen relatief lage kosten. De opsporing van dit stadium van een depressie door de huisarts, gevolgd door minimale contact psychotherapie (MCP) levert naar verwachting 13.000 gezonde levensjaren op en kost op termijn gemiddeld euro 6.800,- per gewonnen gezond levensjaar. De geplande accijnsverhoging voor 2009 levert naar verwachting 13.000 gezonde levensjaren op en kost op termijn gemiddeld euro 5.100,- per gewonnen gezond levensjaar. Beide maatregelen zijn daarmee kosteneffectieve interventies. Uit eerder onderzoek bleek dat beide interventies effectief zijn in het voorkomen van ziekte, alleen was nog weinig bekend over de kosteneffectiviteit. Daarom is in dit rapport met behulp van modelberekeningen de mogelijke kosteneffectiviteit in de Nederlandse context onderzocht. Hierbij is uitgegaan van grootschalige implementatie van de maatregelen. De gezondheidseffecten zijn uitgedrukt in voor kwaliteit gecorrigeerde gewonnen levensjaren (QALYs, oftewel gewonnen gezonde levensjaren) en alleen kosten binnen het gezondheidszorgperspectief zijn meegenomen. Andere kosten- en effectencategorieen zoals ziekteverzuim hebben ook een grote invloed op de kosteneffectiviteit van de interventies. Onderzoek naar de bredere kosten en effecten van preventieve interventies is daarom gewenst.
    Thumbnail

    Etniciteit en zorg rondom zwangerschap en geboorte: een verkenning van Nederlands onderzoek

    Waelput AJM; Achterberg PW (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM, 2008-03-07)
    De zwangerschapsuitkomsten bij allochtone vrouwen en hun kinderen zijn over het algemeen minder gunstig dan bij zwangere vrouwen en hun kinderen van autochtone afkomst. Allochtone kinderen hebben gemiddeld een lager geboortegewicht. Vroeggeboorte en aangeboren aandoeningen komen bij hen vaker voor. Ook de sterfte rond de geboorte is minder gunstig onder allochtone dan onder autochtone vrouwen en kinderen. Dit blijkt uit verschillende onderzoeken in Nederland naar gezondheidsverschillen tussen autochtone en allochtone zwangere vrouwen en hun kinderen en de onderliggende oorzaken. In deze studie wordt een overzicht gegeven van afgeronde en lopende onderzoeken naar verschillen in zwangerschapsuitkomsten, in risicofactoren, in zorggebruik en in het gebruik van preventieve maatregelen. De sterfteverschillen zijn deels te verklaren door verschillen in risicofactoren. Niet westers allochtone vrouwen zijn minder bekend met preventieve maatregelen zoals extra foliumzuurgebruik, melden zich later voor verloskundige zorg en maken minder gebruik van kraamzorg. Hierdoor missen zij kansen om tijdig geonformeerd te worden over preventieve maatregelen om de gezondheid van hun kind of zichzelf zo optimaal mogelijk te maken. De beschreven onderzoeken bieden aangrijpingspunten voor maatregelen ter verbetering van de zwangerschapsuitkomsten bij met name niet westers allochtone vrouwen en kinderen. Soms is nader onderzoek nodig om te verklaren waarom die verschillen bestaan en om aan te geven welke (cultuur)specifiekere begeleiding en preventieve maatregelen nodig zijn. Voor het terugdringen van perinatale gezondheidsverschillen tussen zwangeren in Nederland is integraal gezondheidsbeleid nodig. Een deel van de verschillen in sterfte rond de geboorte wordt namelijk veroorzaakt door achterliggende factoren die grotendeels buiten het bereik van de (volks)gezondheidszorg vallen, zoals het niet beheersen van de Nederlandse taal of sociaaleconomische verschillen.
    • 1
    • 2
    • 3
    • 4
    • 5
    • 6
    • . . .
    • 12
    DSpace software (copyright © 2002 - 2019)  DuraSpace
    Quick Guide | Contact Us
    Open Repository is a service operated by 
    Atmire NV
     

    Export search results

    The export option will allow you to export the current search results of the entered query to a file. Different formats are available for download. To export the items, click on the button corresponding with the preferred download format.

    By default, clicking on the export buttons will result in a download of the allowed maximum amount of items.

    To select a subset of the search results, click "Selective Export" button and make a selection of the items you want to export. The amount of items that can be exported at once is similarly restricted as the full export.

    After making a selection, click one of the export format buttons. The amount of items that will be exported is indicated in the bubble next to export format.