Verkenning van de variatie in ruimte en tijd van de incidentie van leukemie bij kinderen en jongeren in Nederland (1995-2010)
Average rating
Cast your vote
You can rate an item by clicking the amount of stars they wish to award to this item.
When enough users have cast their vote on this item, the average rating will also be shown.
Star rating
Your vote was cast
Thank you for your feedback
Thank you for your feedback
Series/Report no.
RIVM rapport 200112002Type
ReportLanguage
nl
Metadata
Show full item recordTitle
Verkenning van de variatie in ruimte en tijd van de incidentie van leukemie bij kinderen en jongeren in Nederland (1995-2010)Publiekssamenvatting
Het RIVM heeft onderzocht of de mate waarin leukemie bij kinderen en jongeren voorkwam tussen 1995 en 2010 varieerde tussen regio's en jaren. De verschillen blijken klein te zijn.GGD'en krijgen geregeld meldingen van bezorgde bewoners die vermoeden dat er de laatste jaren in hun buurt opvallend veel kankerpatiënten zijn of die het idee hebben dat een andere ziekte veel voorkomt (clustermelding). Vaak wordt dan een oorzaak in de omgeving verondersteld, zoals industrie, hoogspanningslijnen of bodemverontreiniging. Bij dergelijke clustermeldingen gebruikt de GGD een stappenplan waarbij wordt gekeken of het lokale aantal patiënten afwijkt van het landelijke of regionale gemiddelde. De GGD zoekt uit of blootstelling aan eventuele omgevingsfactoren hier invloed op kan hebben gehad, en besteedt veel aandacht aan de communicatie hierover met de melders.
De resultaten van het RIVM-onderzoek bevestigen dat dit een goede eerste aanpak is bij een clustermelding. Als hiermee niet kan worden uitgesloten dat er sprake is van een cluster, bestaat de mogelijkheid om nader onderzoek uit te voeren. Daarvoor worden dan aanvullende gegevens verzameld en geanalyseerd. In dit RIVM-rapport staan enkele methoden beschreven die daarvoor in aanmerking komen. Er zal naar verwachting niet vaak aanleiding zijn om deze in te zetten, omdat met het stappenplan het merendeel van de meldingen adequaat kan worden afgehandeld.
De in het rapport beschreven methoden zijn geschikt om landelijk in beeld te brengen in welke mate ziekten, waaronder leukemie, voorkomen en of daarin variatie optreedt in ruimte en tijd.
De gegevens en resultaten uit dit onderzoek kunnen op kaarten worden weergegeven, indien daarbij rekening wordt gehouden met privacy regels. De getoonde informatie mag immers niet tot personen herleidbaar zijn. Een dergelijke presentatie van de gegevens kan bijdragen aan de communicatie door de GGD over de mate waarin leukemie en andere vormen van kanker in Nederland variëren.
The Dutch National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) has analyzed the incidence of leukaemia in children and adolescents during the 1995-2010 period, to determine if there were any variations between regions and/or between years. Only minor variations were found.
Municipal health authorities in the Netherlands are frequently contacted by concerned citizens who believe they have observed a suspicious increase in the number of local cancer patients over the past few years, or who believe that certain other diseases occur more frequently in their neighbourhood than elsewhere (so-called 'reported disease clusters'). These reports often assume that environmental factors like heavy industry, high-voltage lines or soil pollution are the cause of higher disease incidence. Municipal health authorities investigate such cluster reports by implementing a phased plan to establish if the number of local patients deviates significantly from expected values based on national or regional data. The health authorities then try to determine if potential environmental exposures might have been a risk factor. A great deal of attention is devoted to careful communication with the citizens who submitted the reports.
The results of the RIVM investigation confirm that this method of dealing with cluster reports is an effective initial response. If the presence of a disease cluster cannot be ruled out, further research may be required to collect and analyze additional data. This RIVM report describes a number of methods that may be used for this purpose. RIVM does not expect that such methods will need to be used frequently, as most cluster reports can be handled adequately using the aforementioned stepwise protocol.
The methods described in the report can be used to analyze the national incidence of diseases as well as the space-time variation in incidence.
Such analyses yield data and results that can be visualized in maps, provided the applicable privacy legislation is adhered to. After all, it must not be possible to use this information to identify individual patients. Municipal health authorities can use such data visualisations during communication with the public on the variation in the incidence of leukaemia and other types of.
Sponsors
Ministerie van VWSCollections