Alternatieve toewijzing zorguitgaven wijkverpleging. Rapport bij de kosten-van-ziekten-studie
Citations
Series / Report no.
Open Access
Type
Language
Date
Research Projects
Organizational Units
Journal Issue
Title
Translated Title
Published in
Abstract
Mensen kunnen wijkverpleging krijgen als ze thuis hulp nodig hebben bij een of meer beperkingen. Dat kost elk jaar ongeveer 3,5 miljard euro. Het is nu niet duidelijk welke onderliggende ziekte of aandoening (diagnose) de medische reden is van de beperkingen. De wijkverpleging registreert dat niet bij de aanvraag.
Het RIVM heeft onderzocht hoe de kosten van wijkverpleging wel aan ziekten kunnen worden gekoppeld. Dit geeft inzicht voor welke ziekten wijkverpleging nodig is en welke ontwikkelingen daarin door de jaren heen zijn te zien.
Het RIVM heeft drie methoden uitgewerkt. Daarvoor zijn gegevens van personen die wijkverpleging hebben, diagnoses in ziekenhuizen en diagnosen van huisartsen uit 2019 naast elkaar gelegd. De gegevens van ziekenhuizen en huisartsen geven informatie over onder andere de leeftijd, het geslacht en de ziekten van mensen die gebruikmaken van wijkverpleging. Ook heeft het RIVM gesproken met experts (onderzoekers en mensen die in de wijkverpleging hebben gewerkt).
Een combinatie van twee methoden heeft de voorkeur (1 en 3), maar er zijn nog wel verbeteringen nodig. De experts bevelen bijvoorbeeld aan om gegevens uit eerdere jaren te gebruiken in plaats van uit één jaar. Chronische ziekten als dementie en COPD ontstaan vaak jaren eerder dan het jaar waarin wijkverpleging begint. De gegevens van ziekenhuizen en huisartsen over één jaar geven daar geen inzicht in. Het RIVM is inmiddels begonnen met het vervolgonderzoek en heeft deze aanbeveling overgenomen.
Methode 1 weegt de informatie over de diagnose van huisartsen en ziekenhuizen even zwaar. Hij deelt de kosten van de wijkverpleging door alle diagnoses die zijn gesteld bij iemand die wijkverpleging krijgt. Methode 2 geeft meer betekenis aan de informatie over diagnoses uit het ziekenhuis. Alleen de diagnose(n) van de huisarts die ook door het ziekenhuis zijn gesteld, worden gekoppeld aan de kosten voor de wijkverpleging. Bij methode 3 is een lijst gemaakt van aandoeningen waarvoor bijna nooit wijkverpleging wordt gegeven. De totale kosten die iemand maakt voor wijkverpleging worden dan alleen verdeeld over ziekten die de reden kunnen zijn voor deze zorg. Zo ontstaat een realistischer beeld van de kosten.
People who need assistance at home because they suffer from one or more disabilities can turn to district nursing for help. The associated costs are around 3.5 billion euros per year. It is currently unclear what underlying diseases or conditions (diagnoses) are the medical causes of these disabilities. District nursing providers do not register this when people apply for assistance.
The National Institute for Public Health and the Environment (RIVM) has investigated if there is a way to link the costs of district nursing to diseases. The objective is to gain insight into which diseases necessitate district nursing and into developments through the years.
RIVM worked out three methods, for which it compared data about people who used district nursing, hospital diagnoses and GP diagnoses from 2019. The data supplied by hospitals and GPs shed light on such matters as the age, gender and diseases of people using district nursing. RIVM also consulted experts (researchers and people who used to work in district nursing).
There is a preference for a combination of two methods (1 and 3), but some improvements remain necessary. For example, the experts recommended using data from multiple years instead of from a single year. Chronic diseases such as dementia and COPD often start developing years before people start using district nursing. Data from hospitals and GPs that only covers a single year does not provide any insight into this. RIVM has already begun its follow-up research, in which it has incorporated this recommendation.
For method 1, the information about GP and hospital diagnoses is given the same weight. It divides the costs of district nursing by all diagnoses made for a user of district nursing. Method 2 gives greater weight to information about hospital diagnoses. Only those GP diagnoses that match hospital diagnoses are linked to district nursing costs. For method 3, a list was compiled of conditions that rarely require district nursing. Using this method, the total costs a user incurs for district nursing are only divided by the number of diseases that might actually necessitate this care. This results in a more realistic picture of the costs.